Burgemeesters gaven vorig jaar 1.560 keer een inbewaringstelling af waarmee iemand in hun gemeente in een spoedsituatie verplicht werd opgenomen op basis van de Wet zorg en dwang (Wzd). Daarnaast gaven ze 8.750 keer toestemming voor verplichte zorg aan een patiënt omdat in een crisissituatie snel ingegrepen moest worden. Die crisismaatregelen werden genomen op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Opgeteld ligt het aantal maatregelen door burgemeesters 5 procent lager dan in 2020. Dit meldt de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ).
Dwang in de zorg gaat meestal over medicatie onder dwang, verplichte opname, fysieke beperkingen en beetpakken en vasthouden, blijkt uit een overzicht van de inspectie. Sinds januari 2022 gelden er twee nieuwe wetten over onvrijwillige zorg: de Wvggz en Wzd. Het doel van de wetten is zo min mogelijk dwang toe te passen. En waar het toch nodig is, moet het zo zorgvuldig mogelijk gebeuren.
Klachten en meldingen
Klachtencommissies hebben vorig jaar 672 klachten over dwang in de zorg behandeld. Daarvan waren er 174 op één of meer klachtonderdelen gegrond. Van zorgverleners, vertrouwenspersonen en gemeenten kreeg de inspectie 24 meldingen over dwang in de zorg waar het in de ogen van de melder niet goed was gegaan. Het jaar ervoor waren dat er nog 66. In de meeste zaken ging het over het probleem dat er geen opnameplek was, terwijl de client wel een opname nodig had.
Door: Nationale Zorggids