(Novum) - Het is werkgevers en werknemers niet gelukt om met een eenduidig advies te komen over de toekomst van de bedrijfsarts. Beide partijen onderschrijven dat de werkgerelateerde zorg beter moet. Maar over wie daarvoor verantwoordelijk is, werden ze het niet eens. Dat is op te maken uit een vrijdag gepubliceerd advies van de Sociaal-Economische Raad (SER).
De vakbonden willen er met strengere regelgeving voor zorgen dat de arbozorg verbetert. Zo moet worden vastgelegd dat personeel altijd toegang heeft tot een bedrijfsarts. Ook willen ze dat er meer geld beschikbaar wordt gesteld en dat bedrijfsartsen financieel onafhankelijk opereren van de werkgevers. Hierdoor moet de arbozorg meer in handen komen van de werknemer.
De werkgevers willen juist dat zij de regie blijven houden over de arboarts. Zo willen zij zelf bepalen met welke dienst ze in zee gaan. Via de personeelsvertegenwoordiging kunnen de werknemers en dus de vakbonden hier wel inspraak in krijgen. De betere arbozorg mag bovendien niet meer gaan kosten.
De beide partijen zijn het er wel eens geworden over dat flexwerkers, zoals zzp'ers, ook beter toegang moeten krijgen tot arbeidsgerelateerde zorg. De rol van de huisarts in het voorkomen van bedrijfsziektes moet daarnaast groter worden. Om de kosten in de hand te houden kan de zorg bijvoorbeeld per sector worden geregeld. Door meer kennis en gegevens uit te wisselen kunnen ziektes bovendien beter worden voorkomen.
Het niet eenduidige ontwerpadvies is vrijdag naar minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Lodewijk Asscher (PvdA) verstuurd. De achterban van de werkgevers en werknemers mogen nog wel reageren. Asscher had de sociale partners vorig jaar om input gevraagd vanwege de problemen met de toegankelijkheid van de bedrijfsarts en het voorkomen en inzichtelijk maken van bedrijfsziektes.