Het Centraal Tuchtcollege behandelde een beroep tegen een psychiater in de geestelijke gezondheidszorg (ggz). Zij zou een onjuiste geneeskundige verklaring over klager hebben afgegeven, waarna hij gedwongen in een psychiatrische instelling is opgenomen. Dit meldt Tuchtcolleges voor de Gezondheidszorg.
Klagers vrouw heeft - toen zij door klager was buitengesloten - de politie ingeschakeld. Na een worsteling met de politie is klager gewond geraakt en vervolgens geboeid. De politie heeft toen de crisisdienst gebeld. De dienstdoende psychiater in opleiding heeft klager in de nacht bezocht, psychiatrisch beoordeeld en een geneeskundige verklaring afgegeven. Meteen hierna heeft de aangeklaagde psychiater als supervisor klager zelf onderzocht en een aanvulling op de geneeskundige verklaring afgegeven. De burgemeester heeft klager vervolgens gedwongen laten opnemen in een psychiatrische instelling.
De klacht
Klager is het oneens met de geneeskundige verklaring die de psychiater over hem heeft opgesteld. Hij verwijt haar dat zij een psychiatrisch oordeel over hem heeft gegeven zonder hem goed te onderzoeken. De psychiater heeft volgens klager meer dan een uur met zijn vrouw en dochter gesproken en slechts enkele woorden met hem gewisseld. Ook heeft de psychiater niet met de huisarts van klager overlegd.
Oordeel van het college
Het tuchtcollege Amsterdam wees de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege vindt dat de psychiater in de gegeven omstandigheden, waarin sprake was van een crisissituatie die een snelle beoordeling nodig maakte, niet onzorgvuldig heeft gehandeld. De psychiater heeft behalve met klager ook met zijn vrouw en dochter gesproken. De huisarts was niet bereikbaar en overleg met hem was dus niet mogelijk. Dit is ook in de geneeskundige verklaring gemeld. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt daarom het beroep van klager tegen de beslissing van het tuchtcollege Amsterdam.
Door: Redactie Nationale Zorggids