Het aantal hiv-diagnoses is in drie jaar tijd gedaald van 941 in 2015 tot 664 in 2018. Dat blijkt uit de nieuwste cijfers van Stichting HIV Monitoring. Nederland is hiermee goed op koers om het jaarlijks aantal nieuwe hiv-diagnoses tegen 2022 te halveren; één van de doelstellingen uit het Nationaal Actieplan soa, hiv en seksuele gezondheid. Dit meldt Stichting HIV Monitoring.
In 2018 was 92 procent van het geschatte aantal mensen dat in Nederland met hiv leeft op de hoogte van hun hiv-positieve status. 93 procent van hen werd behandeld en bij 96 procent daarvan was het virus in het bloed niet langer aantoonbaar. Hiermee komt Nederland dicht bij het doel van 95-95-95. Het rapport laat ook een daling zien in het jaarlijks aantal nieuwe hiv-infecties, waarvan het merendeel nog steeds bij mannen die seks hebben met mannen worden gevonden.
Noodzaak tot verbetering
Ondanks dit positieve nieuws is er volgens SHM noodzaak tot verbetering. Het rapport laat zien dat de mate waarin Nederland de 95-95-95-doelstellingen genaderd zijn verschilt binnen én tussen groepen, bijvoorbeeld jongeren en mensen met een migratieachtergrond. Over het algemeen blijkt dat mannen die seks hebben met mannen na het krijgen van een hiv-infectie eerder worden gediagnosticeerd. Niettemin wordt bij ongeveer één op de drie van hen de diagnose pas gesteld in een laat stadium van infectie, wanneer het immuunsysteem al is aangetast. Dit suggereert dat niet iedereen in gelijke mate toegang heeft tot hiv-zorg en preventie, waaronder het hiv-preventiemiddel PrEP.
Door: Nationale Zorggids