Wie in een rustige REM-slaap valt na een lange, vervelende dag, voelt zich de volgende dag stukken beter. Een onrustige REM-slaap zorgt ervoor dat hersencircuits zit niet kunnen aanpassen, waardoor de onrust van de vorige dag aanhoudt. Dit meldt het Herseninstituut dat hier onderzoek naar deed.
Voor het slapen werd de amygdala geactiveerd, iets wat onderzoekers van het Herseninstituut omschrijven als de sirene van het brein. Dit deden zij door deelnemers aan het onderzoek van streek te maken en tegelijkertijd een geurtje aan te bieden. Bij een slechte REM-slaap bleef die amylgada actief en dus stond de sirene van het brein aan. Een goede nachtrust houdt veelal in dat de sirene op ruststand gaat. Ook als de volgende dag weer rot is. Dit zagen de onderzoekers ook bij deelnemers die aan dezelfde omstandigheden werden blootgesteld, maar rustig sliepen.
“Tijdens de slaap worden ‘geheugensporen’ van ervaringen van de afgelopen dag als een soort film afgespeeld. Uit alle dagresten kan een specifiek geheugenspoor worden opgeroepen door tijdens de slaap opnieuw de geur aan te bieden die daar overdag bij te ruiken was”, legt het Herseninstituut uit. ‘s Nachts werden bepaalde geheugensporen aangetast, waarbij delen van het hersencircuit versterkten en anderen verzwakten. Aanpassing is nodig om weer met een goed gevoel wakker te worden, maar een slechte REM-slaap verhindert dat.
Door: Nationale Zorggids