Onderzoekers van VUmc onderzoeken samen met een Amerikaanse bedrijf een nieuw medicijn voor patiënten met een zeldzame vorm van coeliakie. Naar schatting 1 procent van de Nederlanders krijgt een ontstekingsreactie in de darm door het eten van gluten. Deze komen voor in tarwe, rogge en gerst. Dit veroorzaakt schade aan de dunne darm. Deze aandoening heet coeliakie. Een ernstige en zeldzame vorm van coeliakie kan leiden tot lymfeklierkanker. Het nieuwe medicijn hiervoor wordt nu uitgetest op een internationale patiëntengroep in Amsterdam.
De meeste coeliakiepatiënten herstellen volledig op een levenslang glutenvrij dieet. In zeldzame gevallen herstelt de darm van coeliakiepatiënten niet ondanks een goed gevolgd dieet. Deze patiënten hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van een agressieve vorm van lymfeklierkanker in de darm. Behandelingen voor deze zogenoemde refractaire coeliakie type II bestonden tot nu toe enkel uit chemotherapie, al dan niet in combinatie met een stamceltransplantatie. Omdat chemotherapie niet altijd werkt en stamceltransplantatie niet altijd uit te voeren is vanwege een slechte conditie of hoge leeftijd van de patiënt, is er een sterke behoefte aan een nieuw medicijn.
De afdeling maag-, darm- en leverziekten van VUmc is sinds april 2016 onder leiding van professor Chris Mulder en professor Gerd Bouma gestart met een onderzoek naar een nieuw medicijn tegen refractaire coeliakie. Dit doen zij in samenwerking met het Amerikaanse bedrijf Celimmune. Vanwege de zeldzaamheid van de ziekte komen voor deze studie patiënten vanuit diverse landen in Europa naar Amsterdam voor deelname. Naast VUmc doen ook ziekenhuizen in Amerika, Finland, Spanje en Frankrijk mee aan dit onderzoek.
©Nationale Zorggids
