De ontwikkeling van de hersenen van te vroeg geboren baby’s wordt gestimuleerd door de stem, geur en aanraking van hun ouders. Door dit innige contact worden allerlei zintuigen bij de premature kindjes aangesproken, waardoor ze het op 1,5-jarige leeftijd beter doen op taal en cognitie dan kindjes die niet van dat innige contact konden genieten. Dit blijkt uit Fins en Amerikaans onderzoek, meldt NRC.
Te vroeg geboren kindjes moeten zich verder ontwikkelen in de couveuse en hebben vaak ademhalingsondersteuning en infusen. Hun longen zijn onderontwikkeld, net als hun darmen en ademen en temperatuur reguleren kunnen ze meestal ook onvoldoende zelfstandig. Natuurlijk vindt er in de periode van couveusezorg ook ontwikkeling van de hersenen plaats, maar stress zit die ontwikkeling vaak in de weg. Ze ondergaan medische handelingen en kunnen niet dichtbij hun moeder zijn. Door al deze factoren samen, hebben premature kindjes een vergrote kans op een ontwikkelingsachterstand.
Family Nurture Intervention
Het is al bekend dat innig contact van ouders met hun te vroeg geboren kindje positieve effecten heeft. Binnen dit nieuwe onderzoek hanteerden de wetenschappers de Family Nurture Intervention waarbij moeders leerden reuk, tast, gehoor en zicht van het kindje aan te spreken. Kindjes die in de couveuse lagen, kregen een doek met de lichaamsgeur van hun moeder en andersom kreeg de moeder een doek met de geur van haar kindje. Moeders leerden hun kindje in de couveuse lang en stevig aan te raken en zachtjes tegen hun kindje te praten. Ook werd hen aanbevolen veel oogcontact te maken. Vaders werden gemotiveerd om hetzelfde te doen.
Bij stress, bijvoorbeeld tijdens medische handelingen, leerde de moeder de armpjes van de baby over zijn of haar borst te leggen met haar hand daar bovenop. Met haar andere hand hield ze de beentjes in de foetushouding te leggen. Ook was er tijdens het onderzoek veel aandacht voor buidelen.
EEG
Uit de EEG die baby’s rond veertig weken na de conceptie kregen, bleek onder meer dat de kalmerende interventie zorgde voor andere verbindingen en activiteiten in de verschillende grote zenuwnetwerken dan bij premature baby’s die geen speciale interventie kregen. De netwerkactiviteit die werd geregistreerd was vergelijkbaar met die van een gezonde baby die á terme geboren was. Ook op latere leeftijd liep hun cognitie en taalontwikkeling voor op dat van kindjes die gewone zorg ontvingen.
Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky