Vrouwen die in het St. Jans Gasthuis in Weert bevallen, kunnen vragen om de ruggenprik ‘light’ of ‘walking epidural’. Deze lichtere prik stelt de vrouw in staat om enigszins mobiel te blijven in de verloskamer. Bijvoorbeeld door zelf naar het toilet te gaan of stappen te maken in de verloskamer. Vrouwen in het Limurge ziekenhuis kiezen hier steeds vaker voor. Dit meldt SJG Weert.
De ruggenprik is een populaire pijnstillingsmethode tijdens de bevalling. Vrouwen ervaren hierdoor een veel pijnlozere bevalling, maar kunnen hun benen en bekken daardoor niet meer gebruiken. Motorisch kunnen ze aan de onderkant dus niets meer, waardoor ze aan bed gebonden zijn. Plassen kan ook niet meer, omdat de ruggenprik de plasbehoefte onderdrukt.
Met de ruggenprik light, die door het ziekenhuis ook de walking epidural wordt genoemd, zorgt ervoor dat vrouwen de druk van de weeën blijven voelen, maar ook kunnen blijven bewegen. SJG Weert is een van de weinige ziekenhuizen in Nederland die deze lichtere ruggenprik in het arsenaal van pijnstilling heeft.
Plat op je rug is geen ideale bevalpositie
Volgens het SJG is het een nuttige vorm van pijnstilling, omdat het de ontsluiting bevordert en de mobiliteit ook nog eens helpt de baby te laten indalen. “We weten uit de natuur dat plat op je rug geen ideale bevalpositie is; geen enkel ander zoogdier bevalt op die manier. Door zittende of staande houdingen aan te nemen, helpt de zwaartekracht jou en de baby”, legt gynaecoloog Ivo van Dooren uit. Vrouwen die na de walking epidural alsnog te veel pijn ervaren, kunnen daarna de reguliere ruggenprik krijgen. Mits de fase van de bevalling dat toelaat.
Door: Nationale Zorggids
