Spermadonoren in Nederland moeten zich aan één kliniek verbinden en mogen niet meer dan 25 kinderen krijgen. De Nederlander die nu op de zwarte lijst staat, wist bij elf klinieken te donoren en kreeg zo meer dan honderd donorkinderen. Toen de klinieken dit in 2017 ontdekten, werd hij op de zwarte lijst gezet en maakte de NVOG hiervan een melding bij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ).

Het toezicht van de IGJ richt zich enkel op de klinieken en niet op de donoren. “Hiervoor is geen juridische basis. Het zijn individuele personen die geen zorgverlener zijn”, legt een woordvoerder uit.

Klinieken lieten waarschuwing over actieve donor na

De NVOG en de spermabanken lieten het na om buitenlandse klinieken te informeren over de actieve spermadonor. Zodoende meldde hij zich bij de Deense bank Cryos waar hij drie jaar lang zijn zaad doneerde. Directeur Peter Reeslev zegt dat als hij van de situatie had afgeweten, de man nooit zou zijn geaccepteerd als donor. Dit had de donor waarschijnlijk niet tegengehouden, omdat hij zijn sperma ook op websites aanbiedt.

Systeem op Europees niveau

Als het aan organisaties ligt, komt er een internationaal registratiesysteem om zulke situaties te voorkomen. In Nederland is een landelijk systeem op komst dat de samenwerking tussen de klinieken zal bevorderen. Zo weten zij in de toekomst beter waar een donor zijn zaad heeft gedoneerd en hoeveel kinderen hij heeft. De NVOG zou graag zien dat dit ook op Europees niveau gebeurt. 

Door: Nationale Zorggids