Het Openbaar Ministerie heeft 28 jaar cel en tbs met dwangverpleging geëist tegen Michael P. voor het doden en verkrachten van Anne Faber. Moord is volgens het OM niet bewezen, omdat niet is vast te stellen dat P. haar met voorbedachten heeft gedood. Wel heeft hij volgens de aanklagers geprobeerd de verkrachting te verhullen door haar te doden. Dit heet in juridische termen 'gekwalificeerde doodslag' en daar staat dezelfde maximale straf op als moord.
Het OM is van mening dat P. licht verminderd toerekeningsvatbaar is en daarom deels verantwoordelijk is voor zijn daden. Volgens het OM is er bij P. sprake van "een zekere planmatigheid bij het uitvoeren van de delicten". Deskundigen waren het niet volledig met elkaar eens of en in hoeverre P. toerekeningsvatbaar is, bleek maandag in de rechtbank in Utrecht, tijdens de eerste van de twee zittingsdagen.
Faber verdween 25 september na een fietstocht in de buurt van Den Dolder, waar P. op dat moment in een kliniek zat. Hij verbleef daar na een eerdere veroordeling voor de verkrachting van twee meisjes. Het lichaam van Faber werd na een vermissing van zo'n twee weken gevonden in de buurt van Zeewolde, waar P. is opgegroeid.
De rechtbank in Utrecht doet op 17 juli uitspraak.
