Bert Stavenuiter, directeur van de vereniging van familieleden en naasten van mensen met een verhoogde kwetsbaarheid voor psychose Ypsilon, vindt dat GGZ Noord-Holland-Noord (GGZ NHN) snel weer een medicijnonderzoek moeten houden onder patiënten met ernstige psychoses. Maar dan moet de ggz-instelling zich wel aan de regels houden. GGZ NHN liet niet-ambulante patiënten zonder toestemming deelnemen aan een geneesmiddelenonderzoek en handelde daarmee strafbaar. Zo concludeerde de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) vorige week. Dat meldt Ypsilon.
Door alle publiciteit rondom de fouten bij het medicijnonderzoek, is de inhoud van het onderzoek genegeerd. Maar dat is misschien wel het meest nieuwswaardig, vindt Stavenuiter. “Want er gebeurde écht iets bijzonders: bijna nooit wordt bij mensen die echt stevig en langdurig ziek zijn onderzoek gedaan om te zien of hun leven nog draaglijker kan worden gemaakt”, aldus Stavenuiter. In het onderzoek kregen patiënten naast antipsychotica ook memantine als medicatie. Wat bleek: het geheugen van de patiënten werd beter, ze werden actiever en namen meer initiatief. Uiteindelijk wilde 60 procent van de deelnemende patiënten verdergaan met de behandeling met memantine.
Maar, zo zegt de Ypsilondirecteur, GGZ NHN was onzorgvuldig in de uitvoering van het onderzoek. Hij geeft de organisaties vijf tips om kritiek en een eventueel toekomstig IGZ-onderzoek voor te zijn. De wet staat het toe om wilsonbekwame patiënten bij een medicijnonderzoek te betrekken. Maar tijdens het wervingsproces dient er een weloverwogen keuze gemaakt te worden bij de selectie van patiënten. “Naar het oordeel van de inspectie waren de behandelend psychiaters voor de werving te veel van de veronderstelling uitegaan dat de patiënten wilsbekwaam waren”, zegt Stavenuiter. Familie van de patiënten werd tijdens het onderzoek buiten beschouwing gelaten, dat terwijl het goed zou zijn geweest als GGZ NHN hen toestemming had gevraagd voor deelname. Volgens de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO) moet familie toestemming geven als de wilsonbekwame patiënt niet of moeilijk een mening kan geven.
Volgens Stavenuiter is het verstandig om altijd in het behandelplan van een patiënt te melden dat deze deelneemt aan een onderzoek. Bij GGZ NHN was dit niet gebeurd, wat ertoe leidde dat familie en andere naasten geen bijwerkingen konden signaleren. Als laatste adviseert de directeur dat een ggz-instelling de familie altijd actief moet informeren. Directeur behandelzaken René Keet van GGZ NHN laat weten de lessen mee te nemen voor een volgende keer.
© Nationale Zorggids