Mensen met een autismespectrumstoornis (ASS) begrijpen andere mensen vaak niet goed. Onderzoek van de Radboud Universiteit Nijmegen heeft uitgewezen dat er meer speelt dan een beperkt taalbegrip of het niet kunnen inleven in anderen. Het begrip blijkt te verbeteren als mensen met autisme duidelijke instructies krijgen over waarop ze moeten letten. Dat meldt GGZnieuws.
Voor een goed begrip van taal is cognitieve controle belangrijk. Cognitieve controle betekent niet alleen aandacht en concentratie maar ook monitoring. Bij monitoring controleren de hersenen of de informatie die binnenkomt overeenkomt met de verwachting. Wanneer iemand een spelfout ontdekt tijdens het lezen dan zorgt monitoring ervoor dat er met extra aandacht naar de tekst wordt gekeken.
De Radboud Universiteit deed twee experimenten om te onderzoeken of monitoring ook een rol speelt in het taalbegrip bij mensen met ASS. Via EEG-metingen werden de specifieke hersensignalen voor cognitieve controle in kaart gebracht. Proefpersonen met ASS en een controlegroep van gezonde volwassen moesten een tekst lezen waarin een onwaarschijnlijke gebeurtenis werd verteld en een tekst met grammatica- en spelfouten.
Als mensen met ASS werd gevraagd om specifiek ergens op te letten, zoals waarschijnlijkheid of grammatica, dan lukte hen dat. Volgens de onderzoekers is er dus geen sprake van een verstoord taalbegrip maar van een gebrek aan cognitieve controle.
Volgens de onderzoekers zijn de resultaten allereerst van belang voor behandelaren. “Het idee dat het taalbegrip van mensen met een autismespectrumstoornis sowieso beperkt is moet van tafel. Hun taalbegrip kan beter, mits ze daar hun aandacht op richten. Misschien is dat te trainen, dat moet nog nader onderzocht worden,” aldus de onderzoekers.
© Nationale Zorggids