Staatssecretaris Jetta Klijnsma gaat streng controleren of werkgevers in de komende jaren voldoende banen creëren voor mensen met een beperking. Dat zegt ze in een toelichting op de nieuwe Participatiewet, die vandaag naar de Tweede Kamer is gestuurd. Dat meldt de NOS.
De wet is ingesteld om zo veel mogelijk mensen met een arbeidsbeperking, zoals jonggehandicapten, aan een reguliere baan te helpen. Ook mensen die op de wachtlijst staan voor een plek in de sociale werkvoorziening moeten op die manier aan de slag.
In het sociaal akkoord hebben gemeenten, werkgevers, vakbonden en het Rijk afgesproken dat er tot 2026 125.000 extra banen bij zullen komen voor de doelgroep. Volgens Klijnsma is die afspraak niet vrijblijvend; elk jaar zal worden bijgehouden hoeveel banen erbij gekomen zijn. Lukt het niet, dan treedt er een quotumregeling in werking. Op dit moment zijn er ongeveer 240.000 mensen met een Wajong-uitkering voor jonggehandicapten. Klijnsma verwacht dat 140.000 gewoon kunnen werken.
Vanaf 2015 komt de verantwoordelijkheid voor mensen met een arbeidshandicap bij de gemeenten te liggen. Zij moeten beoordelen of iemand geschikt is voor een reguliere baan. Werkgevers kunnen subsidie krijgen om minstens het minimumloon te kunnen betalen.
Het Rijk geeft nu bijna 11 miljard euro per jaar uit voor mensen met een arbeidsbeperking. Volgens Klijnsma zullen die kosten zonder maatregelen stijgen naar 13,5 miljard. De Participatiewet moet leiden tot een besparing van 1,7 miljard euro op de lange termijn.
© Nationale Zorggids