Normal_rss_entry-327945

De hulp die het kabinet gaat geven aan gedupeerde ouders van de toeslagenaffaire van wie kinderen op last van de rechter uit huis zijn geplaatst, is veel te mager. De oppositie wil meer en snelle actie van minister Franc Weerwind voor Rechtsbescherming.

Vanaf 4 april kunnen ouders terecht bij een landelijk ondersteuningsteam. Het grootste gebrek van dat team is dat het geen doorzettingsmacht heeft, stellen onder meer SP en DENK. Dat is wel nodig, aldus Renske Leijten (SP). "Het team moet de opdracht hebben 'naar huis, tenzij'. Als ouders bij een team komen dat niet kan herenigen, dan vrees ik dat de gewenste hereniging heel erg moeilijk wordt", zegt Leijten.

Zonder doorzettingsmacht kan dat team alleen een luisterend oor bieden, stelt ook Farid Azarkan van DENK. "Daar krijg je je kind niet mee terug." Er moet zo snel mogelijk een crisisteam komen dat samen met Jeugdbescherming concreet werk maakt van de hereniging van ouders en kind, wil Azarkan. Dat team had al vijf maanden geleden van start moeten gaan, toen duidelijk werd dat er 1115 kinderen van 'toeslagenouders' gedwongen uit huis zijn geplaatst, vindt hij.

Concrete voorstellen missen

Kamerlid Pieter Omtzigt mist concrete voorstellen van de minister tot hereniging van ouders en kinderen die nog steeds gedwongen gescheiden leven. "Het is stuitend dat een regering die over dit schandaal gevallen is, dit niet fatsoenlijk oppakt", stelt hij in een reactie op de brief van Weerwind over de uithuisgeplaatste kinderen die de minister vandaag naar de Kamer heeft gestuurd.

Voor Omtzigt, die zich samen met SP-Kamerlid Leijten van meet af aan heeft ingezet om de onderste steen van de toeslagenaffaire boven water te krijgen, is de brief van de minister geen begin van een oplossing "maar een manier waarop het grote leed nog jarenlang zal voortduren". PvdA-Kamerlid Attje Kuiken noemt de brief op Twitter "hemeltergend en kabinet op zijn lelijkst".