Mensen met een chronische ziekte of beperking vinden nog altijd moeilijk betaald werk. De arbeidsparticipatie van deze groep blijft flink achter bij die van de algemene bevolking. In 2013 werkte 26 procent van de mensen met een beperking van 15 tot en met 64 jaar ten minste 12 uur per week. In de algemene bevolking werkte 66 procent. Dat meldt NIVEL.
Een vijfde van de mensen met een chronische ziekte of lichamelijke beperking die geen werk had in 2013, wil wel graag een betaalde baan hebben. De economische crisis maakt het vinden van werk al niet makkelijk, maar voor mensen met een chronische ziekte of beperking is het nog moeilijker. Vaak moet een baan voor hen aan exta voorwaarden voldoen, zoals flexibele werktijden en de mogelijkheid om thuis te werken.
Gemeenten zijn sinds de invoering van de Participatiewet verantwoordelijk voor het bevorderen van de arbeidsparticipatie van mensen met een chronische ziekte of een lichamelijke beperking. De gemeenten krijgen met deze wet en met de Quotumwet meer mogelijkheden om maatwerk te verrichten. De doelgroep van de Quotumwet is verbreed. De wet geldt nu ook voor mensen met een arbeidsbeperking die in principe wel in staat zijn om zelfstandig een wettelijk minimumloon kunnen verdienen. Volgens NIVEL-onderzoeker Rabina Cozijnsen kan dit de kansen op betaald werk vergroten voor meer mensen met een chronische ziekte of beperking.
© Nationale Zorggids