Het risico dat werknemers en omwonenden hebben gelopen door het gebruik van met asbest verontreinigend straalgrit, is zeer klein. Dit blijkt uit onderzoek van TNO en RIVM dat vandaag aan de Tweede Kamer is gestuurd, zo meldt Rijksoverheid.
In oktober 2017 bleek dat er straalgrit is gebruikt dat met asbest vervuild was. Deze partij verontreinigde straalgrit is ongeveer drie maanden in de handel geweest. Gedurende die drie maanden zijn werknemers van verschillende bedrijven blootgesteld aan asbest.
Ook omwonenden van straalprojecten kunnen gedurende een bepaalde periode hieraan blootgesteld zijn. Hoe groot de kans is dat blootstelling aan asbest schade brengt aan de gezondheid, is afhankelijk van de duur en de hoogte van de blootstelling. TNO is daarom in zijn onderzoek uitgegaan van een mogelijke blootstelling in die periode.
Gezondheidsrisico's in kaart
Om een inschatting te kunnen maken hoe risicovol de blootstelling aan het verontreinigde straalgrit is geweest, is RIVM gevraagd om op basis van de blootstellingsgegevens van TNO de gezondheidsrisico’s in kaart te brengen. Zo heeft TNO onderzocht hoe het verontreinigde straalgrit is gebruikt, en hoeveel vezels daarbij ingeademd zouden kunnen zijn. Dit is gedaan met taakgerichte metingen in praktijksituaties. Vervolgens zijn blootstellingsprofielen opgesteld voor werknemers in zes verschillende functies (werkzaamheden) en voor omwonenden van straalprojecten.
Grenswaarde soms overschreden
Uit het onderzoek blijkt dat de dagelijkse grenswaarde voor asbest voor sommige werknemersgroepen is overschreden. Door de korte periode waarin voor werknemers de blootstelling heeft plaatsgevonden blijft het totale gezondheidsrisico echter beperkt. Voor omwonenden betekent het dat door de korte duur van de blootstelling het gezondheidsrisico zelfs zeer beperkt is.
Door: Redactie Nationale Zorggids