Het kabinet trekt zich de harde conclusies aan van de commissie die het eierschandaal van vorig jaar heeft onderzocht. Minister Bruno Bruins (Volksgezondheid) en zijn collega Carola Schouten (Voedselkwaliteit) willen de aanbevelingen van de commissie-Sorgdrager opvolgen, schrijven ze aan de Tweede Kamer.
Op enkele harde verwijten van de commissie gaan de beide ministers niet in. Zo stelt de commissie dat het toenmalige kabinet de Kamer bij het uitbreken van het schandaal vorige zomer niet alles heeft verteld wat het wist. Dat geldt als een politieke doodzonde. Maar de beide ministers kijken liever hoe de voedselveiligheid beter kan worden beschermd, dan daarover na te kaarten. Ook de commissie "zou het eeuwig zonde vinden'' als een discussie over het informeren van de Kamer de gebrekkige bewaking van de voedselveiligheid van de agenda verdringt.
De politiek valt volgens de commissie ook aan te rekenen dat toezichthouder NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) het werk niet aankon en daardoor steken liet vallen. Maar Bruins noch Schouten wil de NVWA extra geld beloven. Ze wijzen erop dat het kabinet bij zijn aantreden al een extraatje voor de dienst heeft uitgetrokken.
De beide ministers erkennen wel dat zij meer de touwtjes in handen moeten nemen om de voedselveiligheid te bewaken. De commissie stelt dat bij kippenboeren, maar ook bij de NVWA en op de ministeries de voedselveiligheid te weinig vooropstaat. Het kabinet vraagt te weinig zelfregulering van de eiersector. Dat moet veranderen, beamen de ministers. Ze omarmen de plannen die de sector zelf daartoe heeft gemaakt en gaan afspraken maken over onder meer gerichte controles en een meldplicht.
Door: ANP