Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) doet voorstellen voor waterkwaliteitsnormen voor drie geneesmiddelen: carbamazepine (epilepsie), metoprolol (hartkwalen) en metformine (diabetes). De voorgestelde waarden worden momenteel niet overschreden in grote rivieren in Nederland.
Carbamazepine, metoprolol en metformine zijn in de afgelopen jaren in Nederlands oppervlaktewater aangetroffen. Ze zijn opgenomen op een ‘watchlist’ van stoffen die de waterkwaliteit negatief kunnen beïnvloeden. Waterbeheerders verzamelen momenteel meetgegevens om na te gaan in hoeverre de voorgestelde normen in kleinere waterlopen, zoals sloten, kleinere rivieren en kanalen, worden overschreden. Geneesmiddelen komen hoofdzakelijk via het riool in het oppervlaktewater terecht en in kleinere wateren treedt minder verdunning op.
Met deze nieuwe normvoorstellen kunnen de risico’s voor mens en milieu beter in kaart worden gebracht. Ze dienen als advieswaarden voor het ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM), dat verantwoordelijk is voor het vaststellen van normen. Voor het afleiden van waterkwaliteitsnormen worden drie ‘routes’ onderzocht: effecten op waterorganismen, effecten op visetende dieren en consumptie van vis door mensen. Ook is gekeken naar risico’s bij gebruik van oppervlaktewater voor drinkwaterproductie.
Overigens is de RIVM er niet in geslaagd om voor amidotrizoinezuur (röntgencontrastmiddel), een ander geneesmiddel op de lijst, een norm af te leiden. Het RIVM kon niet beschikken over de benodigde onderzoeksgegevens. Het RIVM benadrukt dat de geneesmiddelenfabrikanten en de toelatingsautoriteiten alle gegevens ter beschikking zouden moeten stellen die nodig zijn om milieukwaliteitsnormen af te leiden.
© Nationale Zorggids