Normal_operatie_operatiekamer

Naar verwachting moeten Nederlandse ziekenhuizen en klinieken tussen de 170.000 en 210.000 operaties inhalen. Dat is zo’n 11-14 procent van het aantal operaties dat normaal gesproken in een jaar plaatsvindt. Dat blijkt uit nieuwe berekeningen van de Nederlandse Zorgautoriteit in de eerste Monitor Toegankelijkheid van Zorg, over de gevolgen van de corona-uitbraak voor de medisch-specialistische zorg, de ggz en de vervolgzorg. Het totaal aantal operaties dat minder is gedaan in de ziekenhuizen sinds maart 2020 becijfert de NZa op 340 tot 380.000. Dit betekent dat 40-50 procent van de zorg die minder is gedaan niet hoeft te worden ingehaald, meldt de NZa. 

 

Dat komt bijvoorbeeld doordat tijdens de lockdowns sprake was van minder letsel (zoals botbreuken en sportblessures) en minder infecties (bovenste luchtwegen en middenoor), klachten zijn overgegaan en terugkerende behandelingen niet ingehaald hoeven te worden. De 5 operaties die in aantallen het meest moeten worden ingehaald, zijn: staar- en nastaaroperaties, heup- en knievervanging, liesbreuken en andere buikwandbreuken, operaties bij spataderen en operaties bij vrouwen met incontinentieklachten en/of een verzakking.

Zomer

In de zomerperiode is de coronadrukte in ziekenhuizen blijven bestaan. De vierde golf en de huidige stabilisatie van het aantal coronapatiënten op de intensive cares en in klinieken leidt ertoe dat er nog altijd sprake is van druk op de (kritiek) planbare zorg. De NZa ziet dat de productie in de ziekenhuizen in de maand juli vergelijkbaar is met dezelfde periode vóór de pandemie.

Dit betekent dat ziekenhuizen zoveel mogelijk hebben geprobeerd de planbare zorg doorgang te laten vinden. Ondanks de coronadruk en de verloven van zorgprofessionals. Dit geldt ook specifiek voor de behandelingen die tijdens de pieken van de pandemie vaak zijn uitgesteld, zoals (na)staaroperaties en knie- en heupvervanging. Dat sluit aan bij wat de NZa hoort over de zorg die de afgelopen tijd in zbc’s is geleverd. Dit is een compliment aan alle zorgprofessionals waard, aldus de zorgautoriteit.

Wachttijden

De wachttijden in juli voor medisch-specialistische zorg waren redelijk stabiel. Wel zijn veel wachttijden nog langer dan de treeknorm. Ook is een opvallende stijging te zien voor de poliklinische wachttijden. Daar overschrijden in juli meer wachttijden de treeknorm. Regionaal zijn er flinke verschillen. Mogelijke knelpunten zitten met name bij behandelingen die al lange wachttijden kennen en die veel zijn uitgesteld door corona, bijvoorbeeld de knie- en heupvervanging en stressincontinentie. De wachttijden hiervoor liggen overal boven de treeknorm. Voor de andere behandelingen verschilt het per regio.

Op de site van ZorgkaartNederland kunnen patiënten hun wachttijd zien per ziekenhuis en zbc. Daarnaast nemen ziekenhuizen contact op met patiënten die op een wachtlijst staan over wanneer zij behandeld kunnen worden. Patiënten die eerder zorg willen, kunnen contact opnemen met hun zorgverzekeraar voor zorgbemiddeling. De zorgverzekeraar kijkt dan of er in een ander ziekenhuis of zbc eerder plek is.

Door: Nationale Zorggids