De Universiteit voor Humanistiek en het Julius Centrum van het UMC Utrecht gaan dit jaar samen onderzoek doen naar de omvang en omstandigheden van de groep mensen voor wie de huidige wetgeving geen ruimte lijkt te bieden voor hulp bij een zelfgekozen levenseinde. Dit onderzoek vindt plaats in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid en wordt gefinancierd door ZonMw. Dit meldt Rijksoverheid.
Het thema hulp bij zelfdoding in geval van voltooid leven is al jaren onderwerp van maatschappelijk debat. In 2016 heeft Commissie Schnabel zich gebogen over de vraag hoe de Euthanasiewet zich verhoudt tot hulp bij zelfdoding aan mensen die dit wensen omdat zij hun leven voltooid achten. De commissie stelde dat de huidige wetgeving in veel gevallen ruimte biedt voor hulp bij zelfdoding. Ook een stapeling van ouderdomsklachten kan namelijk een medische grondslag zijn voor euthanasie.
Persisterende stervenswens
De Commissie Schnabel oordeelde daarom dat de groep mensen die buiten de reikwijdte van de huidige wet valt waarschijnlijk klein is. Het kabinet laat onderzoek uitvoeren naar de omvang en omstandigheden van de groep mensen voor wie de door de Commissie Schnabel genoemde ruime interpretatie en toepassing van de bestaande euthanasiewetgeving onvoldoende soelaas biedt in de ogen van betrokkenen. Daarnaast worden de omvang en omstandigheden onderzocht van de groep mensen die hun leven als voltooid beschouwen en als gevolg daarvan een persisterende stervenswens hebben, maar nog niet klaar zijn om daar actief vervolg aan te geven.
In het onderzoek worden 20.000 burgers van 55 jaar en ouder gevraagd een vragenlijst in te vullen. Daarnaast zal er diepgravend kwalitatief onderzoek plaatsvinden. Ook wordt vragenlijst- en dossieronderzoek verricht onder huisartsen. Het onderzoek loopt tot eind 2019.
Door: Redactie Nationale Zorggids