Op dit moment is het verschil tussen de hoogste en de laagste inkomens al 8,6 jaar: mannen met het laagste inkomen leven gemiddeld 75,2 jaar, voor de hoogste inkomens is dat 83,8. Bij vrouwen is dit verschil nog iets groter. Dit verschil tussen arm en rijk is in tien jaar tijd met 2 jaar toegenomen.

AOW-leeftijd voorlopig bevriezen op 66

Tuur Elzinga vicevoorzitter FNV: “Dit laat duidelijk zien dat de regering met haar AOW-beleid faliekant op de verkeerde weg is. Er is een fundamentele herbezinning nodig op de AOW-leeftijd. Daarom moet de AOW-leeftijd voorlopig bevroren worden op de huidige 66 jaar. Ook moeten er zo snel mogelijk afspraken worden gemaakt in sectoren met zwaar werk, zodat de mensen die het minst verdienen en die het zwaarste werk doen, eerder kunnen stoppen met voldoende inkomen. De wetgever moet daarbij helpen door bestaande boetes op eerder stoppen te schrappen.”

Nu bevriezen van de AOW-leeftijd op 66 is broodnodig om snel met oplossingen te komen voor de groeiende problemen, zo zegt de vakbond. Elzinga: “Met elke maand dat de AOW-leeftijd verder opschuift, wordt het stelsel nog oneerlijker en worden de problemen groter. De overheid gaat er nu van uit dat mensen gemiddeld na hun AOW-leeftijd nog ruim 18 jaar leven. Als je dat toepast op de mannen met de laagste inkomens, dan zou hun AOW-leeftijd rond de 57 jaar moeten liggen!”

Kinderen van nu worden 100

De FNV eist bovendien een eerlijkere manier van berekenen van de gemiddelde AOW-leeftijd. Nu is die leeftijd één-op-één gekoppeld aan de levensverwachting: één jaar langer leven is automatisch één jaar later AOW. Kinderen die nu geboren worden met een levensverwachting van bijna 100, zullen tot hun 81 moeten doorwerken. De FNV stelt voor om dit te veranderen in een fifty-fifty-koppeling: één jaar langer leven is een half jaar langer pensioen en een half jaar langer doorwerken.

Door: Redactie Nationale Zorggids