Huidige negentigplussers hebben een betere mentale gesteldheid dan hun leeftijdsgenoten een generatie eerder. Dat blijkt uit uitgebreid Deens onderzoek, meldt De Volkskrant.
De Deense wetenschappers stelden aan bijna 1600 negentigplussers dezelfde vragen die twaalf jaar eerder aan bijna 2300 mensen uit dezelfde leeftijdscategorie werden gesteld. De huidige generatie blijkt duidelijk hoger te scoren op cognitieve tests dan de groep die eerder werd onderzocht.
In fysieke prestaties, zoals loopsnelheid, op kunnen staat uit een stoel en kracht in de handen, was er geen verschil tussen de twee generaties. Dagelijkse handelingen gingen de jongste groep wel beter af. De kans om de leeftijd van 95 te halen is bovendien met een derde toegenomen sinds het vorige onderzoek.
De onderzoekers zien vooral een vooruitgang in (intellectuele) stimulering als oorzaak van de verbeterde mentale en cognitieve gesteldheid. De huidige generatie was iets beter opgleid dan de groep voor hen. Een betere ouderenzorg en het zogeheten Flynn-effect – elke generatie is slimmer dan de vorige – spelen volgens de onderzoekers ook een rol.
© Nationale Zorggids