Het aantal kraamverzorgenden dat in de zomermaanden wil overwerken, is dit jaar flink gedaald. Waar vorig jaar nog 85 procent bereid was om de zomerdrukte op te vangen, is dit jaar slechts 22 procent hiertoe bereid. Dit blijkt uit een enquête van FNV Zorg & Welzijn onder 1.350 kraamverzorgenden, meldt de vakbond.
In februari is een loonsverhoging van 3,5 procent per 1 januari 2024 en 3,5 procent per 1 april 2024 afgesproken. Kraamverzorgenden wachten nog steeds op de eerste verhoging van hun salaris en daarom zijn ze dit jaar veel minder bereid om over te werken tijdens de extra drukke zomermaanden. “Het geduld van de kraamverzorgenden is echt op. De cao liep al in juli vorig jaar af. Dat betekent dat kraamverzorgenden bijna een jaar geen loonsverhoging hebben gehad. Terwijl de salarissen in de kraamzorg zo’n 10 procent achterlopen op de rest van de sector.”
Kraamsector verlaten
Vanwege het uitblijven van de loonsverhoging, hebben al opvallend veel kraamverzorgenden de sector verlaten. Bijna 60 procent van de respondenten heeft collega’s om die reden zien vertrekken. Bijna de helft heeft dit zelf ook overwogen. Een aantal grote werkgevers hebben laten weten de salarisverhoging pas in de laatste week van juni uit te betalen. FNV Zorg & Welzijn roept werkgevers op haast te maken, want de derde loonsverhoging van 3 procent per 1 juni 2024 komt er ook nog eens aan.
Noodgreep
Werkgevers, zorgverzekeraars en de Autoriteit Consument & Markt hebben nu op papier afgesproken dat kraamverzorgenden niet later dan 30 juni hun achterstallige loonsverhogingen krijgen. “Die afspraak is echt een noodgreep. Structurele oplossingen om ervoor te zorgen dat de kraamzorg in Nederland niet verder onder druk komt te staan moeten er nog komen.”
Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky