De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State had de strenge lijn in kinderopvangtoeslagzaken eerder moeten en kunnen wijzigingen. De hoogste algemene bestuursrechter heeft wel met die lijn geworsteld, maar is te laat van koers gewijzigd, heeft niet doorgepakt en halve maatregelen genomen. Dat schrijft de afdeling zelf in een uiterst kritisch 'reflectierapport'.
In het interne debat bij de bestuursrechter werd rechtseenheid (dat de wet steeds op dezelfde manier wordt uitgelegd) als belangrijker gezien dan de schrijnende gevallen. In minderheid hebben rechters hierover wel aan de bel getrokken, maar naar hen is te weinig geluisterd, concludeert Bart Jan van Ettekoven, voorzitter van de afdeling bestuursrechtspraak.
"Dat verwijten wij onszelf", aldus Van Ettekoven. "Ouders die in de problemen zijn gekomen omdat wij te lang de strenge lijn hebben toegepast, bieden wij onze excuses aan. We hadden betere rechtsbescherming moeten bieden."
1800 hogerberoepszaken
De hoogste bestuursrechter gaf de Belastingdienst steeds gelijk bij de strenge toepassing van de alles-of-nietsregeling bij de kinderopvangtoeslag (als een aanvrager niet kon aantonen recht te hebben op het volledige bedrag aan toeslagen, moest de ouder het hele voorschot terugbetalen). Tot het najaar van 2019 hield de Raad van State deze werkwijze in stand, ondanks signalen dat de wet minder streng kon worden toegepast. Dit principe was een belangrijk onderdeel van de toeslagenaffaire.
De Raad van State behandelde ruim 1800 hogerberoepszaken die met de kinderopvangtoeslag te maken hadden. Daarvan ging ruim de helft (1000) over de alles-of-nietsbenadering.
Leren van fouten
Van Ettekoven zegt dat de afdeling wil leren van de fouten. Bestuursrechters zullen zich kritischer opstellen tegenover overheidsorganisaties. In sommige gevallen hield de Belastingdienst namelijk bewust stukken achter in zaken, waardoor de rechters niet een compleet beeld kregen. "We zijn wel echt wakkergeschud", zegt Van Ettekoven.
In het onderzoek zijn ook tal van onderwerpen opgenomen waarbij de hoogste bestuursrechter ook mogelijk last heeft (gehad) van tunnelvisie of te weinig oog voor de menselijke aspecten van uitspraken. Bestuursrechters zullen bij dit soort zaken "extra alert zijn", aldus Van Ettekoven.
De afdeling besloot eerder dit jaar tot de 'zelfreflectie', nadat een Kamercommissie harde conclusies had getrokken, ook over de rol van de bestuursrechter. "De bestuursrechtspraak heeft zijn belangrijke functie van (rechts)bescherming van individuele burgers veronachtzaamd", oordeelde de commissie in het rapport 'Ongekend onrecht'.
Door: ANP