Het autonome zenuwstelsel van mishandelde moeders reageert niet sterk op het gehuil van baby's. Om kindermishandeling terug te dringen kan het helpen om met dit gegeven rekening te houden, zo blijkt uit onderzoek. Dit meldt Vakblad Vroeg.
In het promotieonderzoek van Sophie Reijman van de Universiteit van Leiden werd een vergelijking gemaakt tussen moeders die hun kind verwaarloosden of mishandelden en moeders die dat niet deden. Hierbij werd specifiek gekeken naar de reactie van het autonome zenuwstelsel, een van de stresssystemen van het lichaam. Reijman luisterde naar de hartslag en huidgeleiding van de moeders terwijl zij huilende baby's hoorden. Bij mishandelende moeders reageerde het zenuwstelsel zwakker dan bij niet mishandelende moeders. “Dit komt overeen met de ontoereikende zorg die deze moeders hun kinderen bieden. De meest voorkomende vorm van mishandeling in onze steekproef was verwaarlozing, oftewel: verzuimen te voorzien in fysieke of emotionele behoefte van je kind”, zegt Reijman. Mishandelende moeders blijken vaak een eigen trauma uit het verleden niet verwerkt te hebben. “Zulke verwarringen kunnen zich ook thuis voordoen en de kwaliteit van hun ouderschap aantasten.”
Reijman vergeleek meerdere studies met elkaar en daaruit bleek dat het autonome zenuwstelsel van mishandelende ouders in rust actiever is dan van niet-mishandelende ouders. Reijman: “Kindermishandeling is vaak het resultaat van een wisselwerking van meerdere factoren. Maar met enige voorzichtigheid kunnen stellen dat een verstoorde regulatie van het autonome zenuwstelsel een risicofactor is voor kindermishandeling.” Door de risicofactoren in kaart te brengen is kindermishandeling eventueel terug te dringen, zo stelt Reijman. Ze denkt dat met behulp van trainingen een fysiologische reactie misschien weer rechtgetrokken kan worden. “Een volgende stap is onderzoeken of dergelijke trainingen helpen om kindermishandeling te verminderen.”
©Nationale Zorggids