Het is niet zinvol om baby's die zowel mannelijke als vrouwelijke hormonen hebben vroegtijdig te opereren. Dat concludeert cultuurwetenschapper Margriet van Heesch van de Universiteit van Amsterdam, waar zij vorige week is gepromoveerd, meldt De Volkskrant.
Van Heesch interviewde 42 mensen met een ambigu geslacht. Zij deed dit om te achterhalen wat op de lange termijn de effecten zijn van operaties en hormoonkuren.
Sinds 2006 hebben internationale experts afgesproken dat ze wachten met opereren tot kinderen erover kunnen meebeslissen. Maar nog steeds worden operaties al bij baby's uitgevoerd, zonder dat er medische noodzaak is. “Artsen interpreteren de consensusafspraak van 2006 op eigen wijze, als ze hem al kennen”, zegt Van Heesch.
De promovenda is duidelijk in haar conclusie. “Vroegtijdig opereren of hormoonkuren lijkt een simpele oplossing, maar levert de mensen weinig op”, zegt ze. “Het is niet te voorspellen of men zich man of vrouw gaat voelen. De geheimhouding maakt mensen verschrikkelijk eenzaam. En er lijkt technisch wel veel mogelijk op de operatietafel, maar je moet goed weten wat je doet als je een vagina bouwt. Je bouwt een gaatje zonder gevoel.”
Intersekse komt bij één op de 200 baby's voor. Er zijn tientallen vormen van disorder of sex development (DSD), zoals het fenomeen officieel heet. Van Heesch wil graag meer aandacht voor DSD. “De schaamte waarmee deze mensen leven is heel verdrietig. Ik zou willen dat dit thema onderdeel werd van de seksuele voorlichting. Dat mensen leren dat er variatie bestaat. Medicaliseren is misschien niet de beste optie, want intersekse is geen ziekte. Je gaat er niet aan dood en het is niet te genezen.”
© Nationale Zorggids