Een kraambedpsychose komt bij één op de duizend vrouwen voor. Binnen een maand na de bevalling raken zij in de war en kunnen hierdoor een gevaar zijn voor zichzelf en hun kind. 'Wereldwijd worden vrouwen met een kraambedpsychose niet eenduidig behandeld, omdat er nog veel onbekend is over het ontstaan van een psychose na de bevalling', zegt psychiater Veerle Bergink. Zij stelde samen met andere onderzoekers van het Erasmus MC het eerste behandelplan op. De onderzoekers adviseren vrouwen hierin ook lithium te slikken na slaapmiddelen en anti psychotische middelen. Bergink: 'Hierdoor hebben zij minder kans op een terugval. Na negen maanden is het mogelijk om de medicatie af te bouwen, want het lichaam van een vrouw is dan zo goed als hersteld.'

Bergink: 'Wij volgden 64 vrouwen op de moeder en baby-unit van het Erasmus MC, waar wij vrouwen na een kraambedpsychose in het contact met hun kind begeleiden. De eerste drie dagen na de psychose geven wij de vrouwen uitsluitend slaapmiddelen, want slaapgebrek kan een trigger zijn voor een psychose. Ook bekijken wij in deze periode hoe het beloop van de ziekte is. Daarna krijgen de meeste vrouwen anti psychotische middelen om de acute fase van de psychose te behandelen. Vrouwen die na twee weken niet opknapten kregen daarbij lithium. Na een half jaar kregen vrouwen die na twee weken wel opknapten en geen lithium slikten vaker een terugval. Met lithium zijn vrouwen dus beter beschermd tegen een terugval. Ons advies is daarom om alle vrouwen met lithium te behandelen. Met dit behandelvoorstel herstelt 98 procent van de vrouwen in gemiddeld 40 dagen. In een enkel geval werkt de medicatie niet en is een behandeling met electroconvulsietherapie (ECT) nodig.'

© Nationale Zorggids