Normal_medicijnen_geneesmiddelen_pillen

De meeste zorgaanbieders in de zorg  voor mensen met een verstandelijke beperking kijken kritisch naar het gebruik van psychofarmaca en dringen dat gebruik waar mogelijk terug. Dat concludeert de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) op basis van een onderzoek bij veertig grote en kleine instellingen in de verstandelijke gehandicaptenzorg. Dat meldt IGJ. 

Dertig van de veertig zorgaanbieders schrijven op een onderbouwde manier psychofarmaca voor waardoor onnodig gebruik ervan wordt voorkomen. Bijna de helft zet daarnaast extra stappen om het gebruik verder terug te dringen. Zij zoeken extra ondersteuning bij onder meer Vilans of het instituut voor Verantwoord Medicijngebruik (IVM) en maken beleid. Vijf zorgaanbieders doen samen met universiteiten aanvullend wetenschappelijk onderzoek naar het gebruik (en de effecten) van psychofarmaca.

Er zijn ook zorgaanbieders waar het onderbouwd voorschrijven van psychofarmaca minder goed gaat. Bij drie zorginstellingen zag de inspectie terughoudendheid om te werken aan de afbouw ervan. De verplichte medicatiecontrole gebeurde bij tien aanbieders niet. Bij deze tien zorgaanbieders lag het accent bijvoorbeeld op risicogroepen of wilden artsen niet de medicatie die ze zelf niet hadden voorgeschreven, beoordelen.

Veel zorgaanbieders hebben mogelijkheden om het onderbouwd voorschrijven van psychofarmaca te verbeteren. Ze zouden het gebruik van psychofarmaca beter in beeld kunnen brengen om zo gericht te werken aan onderbouwd voorschrijven en afbouwen. Ook zouden ze gebaat zijn bij specifieke scholing hierover en is er verbetering mogelijk in de dossiervoering.

De inspectie deelt de resultaten met de zorgaanbieders gehandicaptenzorg en andere veldpartijen in een door haar georganiseerde conferentie op 24 mei. De conferentie staat in het teken van het belang van het onderbouwd voorschrijven en waar mogelijk afbouwen van het gebruik van psychofarmaca. 

Door: Redactie Nationale Zorggids