Iedere organisatie hanteert hun eigen periode voor het verrekenen van bedragen en het uitbetalen van toeslagen en uitkeringen. Voor mensen die met veel van deze organisaties te maken hebben, ontstaat verwarring. Op data waarop mensen zich moeten verantwoorden beschikken zij nog niet over de benodigde gegevens. Daarnaast is een vergissing snel gemaakt, ook door instanties. Het gevolg is dat berekeningen steeds ingewikkelder worden (bijvoorbeeld door telkens nieuwe calculaties), met financiële consequenties voor de burger.

Ook als het gaat om het persoonsgebonden budget ontstaat er zo nu en dan verwarring. Het CAK int en berekent de eigen bijdragen van budgethouders en gaat uit van dertien periodes in een jaar. Het gaat dus om een periode van vier weken en volgens een woordvoerder is dat bij wet bepaald. Dat de verwarring ontstaat, lijkt logisch, omdat de eerste vierwekentermijn begon op 29 december, de tweede op 26 januari en de laatste periode telt bij uitzondering vijf weken en begint op 30 november. Het CAK krijgt hier regelmatig vragen over. 

© Nationale Zorggids