Normal_overgewicht_dik_vet_obesitas

Een eigen tv in de slaapkamer, met de auto naar school gebracht worden, te weinig nachtrust. Het kan er allemaal aan bijdragen dat een jong kind te dik wordt. Acht jaar onderzoek onder 2700 Drentse kinderen levert opvallende resultaten op, die duidelijk maken wat de kans op het ontstaan van overgewicht vergroot. Dat meldt het UMCG.

GECKO Drenthe is een langlopend wetenschappelijk onderzoek van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) naar de risicofactoren van overgewicht bij kinderen in de provincie Drenthe. Hoogleraar kindergeneeskunde Pieter Sauer beschouwt overgewicht bij kinderen als een groot maatschappelijk probleem waarbij allerlei kleine gewoonten ertoe bijdragen dat een kind te dik wordt. Tien tot vijftien procent van de kinderen in Nederland heeft er mee te maken. Twee tot vier procent kampt met ernstig overgewicht, met alle risico’s van dien. 'Vierjarigen met ernstig overgewicht hebben al meer insuline nodig om suiker kwijt te raken', zegt Sauer. 'Dat is een voorbode voor het ontstaan van diabetes.'

Sauer startte het Groningen Expertise Centrum voor Kinderen met Overgewicht (GECKO) in 2006 om langlopend onderzoek te doen naar de factoren die bijdragen aan het ontstaan van overgewicht en die het ontstaan van overgewicht op latere leeftijd voorspellen. Met GECKO Drenthe worden 2700 Drentse kinderen vanaf hun geboorte, tussen april 2006 en april 2007, gevolgd. De kinderen zijn in hun eerste levensjaren bij elk bezoek aan het consultatiebureau gemeten en gewogen. Eenmaal op de basisschool zijn de metingen gekoppeld aan de bezoeken aan de schoolarts. De gegevens van alle metingen, gecombineerd met de informatie uit vragenlijsten voor de ouders, levert een schat aan informatie voor de onderzoekers op.

Eerdere promotieonderzoeken van GECKO Drenthe lieten al zien dat baby’s die bij de geboorte meer wegen dan vier kilo, of juist lichter zijn dan tweeënhalve kilo, een verhoogde kans hebben op overgewicht op latere leeftijd. Ook werd aangetoond dat vrouwen met diabetes en vrouwen die tijdens de zwangerschap meer dan veertien kilo aankomen, vaker baby’s krijgen met een hoog geboortegewicht. 'Overgewicht bij de moeder aan het begin van de zwangerschap maakt de kans op overgewicht bij het kind ook groter', zegt Sauer. 'En we hebben geconstateerd dat kinderen van dikke moeders, en daarmee bedoelen we moeders met een BMI boven de 25, minder bewegen. Terwijl kinderen die op heel jonge leeftijd al gestimuleerd worden om te bewegen minder kans hebben op overgewicht. Kinderen die vrij mogen spelen en rondkruipen op de grond hadden op een leeftijd van negen maanden al een kleinere buikomvang dan degenen die veel tijd in kinderzitjes doorbrengen.'

Volgens Sauer is overgewicht bij kinderen dus niet een kwestie van een keer een snoepje te veel. Het kan het gevolg zijn van een leefstijl, waarin allerlei kleine gewoonten ertoe bijdragen dat een kind te dik wordt. Uit het GECKO Drenthe onderzoek blijkt dat kinderen van drie tot vijf jaar oud met overgewicht vooral gebaat zijn bij een gecombineerde behandeling. De kinderen gaan naar een fysiotherapeut voor balspelletjes en bewegen op muziek. De ouders krijgen adviezen over gezond eten van de diëtist en een psycholoog leert hen hoe ze hun kind positief, maar zonder snoep, kunnen belonen. 'De kinderen die dit programma al volgden, verloren niet alleen gewicht, ze waren drie jaar later nog steeds op gezond gewicht', aldus Sauer.

© Nationale Zorggids