De invoering van de Participatiewet heeft volgens het Sociaal en Cultureel Planbureau nauwelijks geleid tot een verhoging van baankansen, zoals beoogd met de wet. Voor de grootste groep, de klassieke bijstandsgerechtigden, is er amper een verschil. Voor mensen die het recht op toegang tot de sociale werkvoorziening verloren, daalde de kans op werk. Alleen voor jonggehandicapten met arbeidsvermogen stegen de baankansen, echter verslechterde hun inkomenspositie. Bovendien gaat het vaker om tijdelijk werk. Dit meldt SCP.
Het SCP wijt de problemen onder meer aan de opstartproblemen bij gemeenten. Zij moesten wennen aan hun nieuwe taak en een nieuwe doelgroep. Ook zijn de problemen deels structureel van aard: aannames in de wet blijken niet te kloppen met de praktijk. Zo is niet iedereen in staat om te werken en heeft de overgang van verschillende wetten naar één Participatiewet niet geleid tot minder complexiteit. Een deel van de doelgroep is bovendien nog steeds niet in beeld.
Financieringswijze is een probleem
Een ander probleem is de wijze van financiering binnen de wet. Gemeenten ontvangen van het Rijk middelen om mensen die onder de Participatiewet vallen naar werk te begeleiden. Die middelen zijn vrij te besteden. Als gemeenten op uitkeringen besparen, mogen ze het restant houden en ook vrij besteden. Dit prikkelt gemeenten om hun inspanningen bewust te richten op de meest kansrijke groep binnen de totale doelgroep.
Niet iedereen kan werken
Het uitgangspunt van de Participatiewet was de gedachte dat mensen die een uitkering ontvangen betaald werk kunnen en willen verrichten, mits dat onder de juiste omstandigheden gebeurt. Volgens gemeenten is een groot deel van de doelgroep echter niet binnen afzienbare tijd in staat om te werken. Ruim 60 procent van de brede doelgroep van de Participatiewet geeft zelf ook aan niet in staat te zijn om te werken. De helft van hen verwacht dat in de toekomst wel te kunnen. De andere helft denkt nooit meer te kunnen werken, vooral vanwege gezondheidsklachten.
Slechtere inkomenspositie Wajongers
Voor de invoering van de Participatiewet werkte 29 procent van de 18-jarige Wajongers in het derde jaar na instroom, terwijl dat sinds de invoering van de wet sinds 2015 is opgelopen naar 35 procent. De inkomenspositie van de jonggehandicapten is echter verslechterd. Ze werken vaak in deeltijd en steeds vaker via een tijdelijk contract.
Door: Nationale Zorggids