Demissionair minister Plasterk van Binnenlandse Zaken is vooralsnog niet van plan om de wet aan te passen zodat mensen met een verstandelijke beperking iemand mee mogen nemen in het stemhokje. Tijdens een debat over het onderwerp dat gisteren plaatsvond, was een meerderheid van de Tweede Kamer voor hulp voor beperkten zodat ook zij hun stem uit kunnen brengen. Nu mogen alleen mensen met een visuele beperkingen een familielid meenemen in het stemhokje. Dit meldt RTL Nieuws.
Als reden voor het niet aanpassen van de wet stelt Plasterk dat niet gegarandeerd kan worden dat de keuze van de persoon ook daadwerkelijk aangekruist wordt. Hiermee is voor hem dan ook de kous af en is een wetswijziging niet nabij. Gehandicaptenorganisaties klagen al langer over de grote drempels voor verstandelijk beperkten om te komen stemmen. Onder andere de grote stembiljetten met kleine lettertjes blijken een probleem, net als het ontbreken van logo’s van de partijen.
Verschillende Kamerleden hebben gesuggereerd dat de medewerkers van de stembureaus de beperkten zouden kunnen helpen bij het uitbrengen van hun stem, aangezien zij een onpartijdige functie uitvoeren. Mogelijk zou zelfs een cursus gegeven kunnen worden om de medewerkers voor te bereiden. Plasterk ziet daar niets in en stelt dat dit mogelijk gevoelig is voor fraude.
Vooralsnog is de enige optie of zelf proberen te stemmen ondanks alle obstakels, of het afgeven van een stemmachtiging aan een familielid. Het College voor de Rechten van de Mens oordeelde al dat er meer gedaan moet worden om deze doelgroep zonder problemen te laten stemmen. Tijdens de meest recente Tweede Kamerverkiezingen ging nog niet eens de helft van de mensen met een verstandelijke beperking naar de stembus, terwijl de gemiddelde opkomst onder de Nederlanders op 82 procent lag.
Door: Redactie Nationale Zorggids
