Soms krijgen verzekerden van hun apotheek een ander geneesmiddel dan zij gewend zijn. Dat geneesmiddel heeft dan dezelfde werkzame stof, maar is van een andere fabrikant en ziet er anders uit. Meestal komt dit door het preferentiebeleid van de zorgverzekeraar. De Geschillencommissie Zorgverzekeringen verduidelijkt in recente uitspraken het preferentiebeleid. Dat meldt de Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen (SKGZ).
De basisregel is: een verzekerde heeft recht op door de minister aangewezen geregistreerde onderling vervangbare geneesmiddelen. Het wettelijke gedefinieerde preferentiebeleid is de enige toegestane beperking hierop.
Verduidelijking uitvoering wettelijk preferentiebeleid
Een zorgverzekeraar kan één of meer geneesmiddelen met een bepaalde werkzame stof als preferent aanwijzen. Daarbij zijn de volgende zaken van belang:
- Is het gebruik van een preferent geneesmiddel medisch niet verantwoord voor de verzekerde? Dan is het aan de voorschrijver (bijvoorbeeld de huisarts) om de ‘medische noodzaak’ toe te lichten.
- Twijfelt de apotheker over de gegeven toelichting? Dan moet deze contact opnemen met de voorschrijver.
- Als zij er samen niet uitkomen moet de apotheker vanuit zijn vakkennis onderbouwen waarom de behandeling met het preferente geneesmiddel wél medisch verantwoord is voor de verzekerde.
- Hierbij kan de Leidraad Verantwoord Wisselen Medicijnen worden gebruikt.
Informatieplicht door zorgverzekeraar
Voert een zorgverzekeraar een preferentiebeleid? Dan moet deze verzekerden hierover tijdig via de polisvoorwaarden en website informeren.
Door: Nationale Zorggids