Normal_normal_ok_operatiekamer_chirurgie_arts_assistent

Er is onvoldoende bewijs dat kniedistractie bij patiënten jonger dan 65 jaar met ernstige knieartrose net zo goed is als een knieprothese, zo oordeelt Zorginstituut Nederland. De behandeling kan daarom niet uit het basispakket van de zorgverzekering vergoed worden. Als er meer onderzoek is gedaan, kan het Zorginstituut kniedistractie opnieuw beoordelen. Dit meldt het adviesorgaan.

Bij kniedistractie wordt bij patiënten met ernstige artrose – slijtage van het kraakbeen – het kniegewricht zo’n 6 tot 7 weken een klein stukje (5 mm) uit elkaar getrokken. Hierdoor komt er ruimte vrij en wordt het kniegewricht ontlast. Het kapotte kraakbeen zou dan de kans krijgen zich te herstellen.

Nog onvoldoende bewijs voor effectiviteit

Het Zorginstituut heeft beoordeeld of kniedistractie net zo effectief is als een totale knieprothese voor patiënten met ernstige (end-stage) knieartrose die jonger zijn dan 65 jaar. Het gaat om patiënten met een indicatie voor een totale knieprothese. Daarnaast is gekeken of een kniedistractie ervoor kan zorgen dat het moment waarop iemand alsnog een totale knieprothese nodig heeft, jaren kan worden uitgesteld. Daarmee zou de kans op een tweede operatie relatief laag worden.

Het Zorginstituut heeft zich gebaseerd op twee onderzoeken met een beperkt aantal patiënten. Meer wetenschappelijke studies die beide behandelingen met elkaar vergelijken, zijn er nog niet. Op basis van het beschikbare bewijs concludeert het Zorginstituut dat niet is vast te stellen dat kniedistractie net zo goed is als een totale knieprothese. Ook is het onzeker of de distractie leidt tot langdurig uitstel van een prothese. Hiermee voldoet de kniedistractie voor de onderzochte groep patiënten niet aan ‘de stand van de wetenschap en de praktijk’ en kan de behandeling niet uit het basispakket worden vergoed.

Veelbelovende behandeling

Ondanks het beperkte bewijs lijkt kniedistractie wel een veelbelovende behandeling te zijn. Om die veelbelovendheid echt vast te stellen, is meer en langduriger onderzoek met voldoende patiënten nodig. Daarna kan het Zorginstituut de effectiviteit ervan opnieuw beoordelen.

Door: Nationale Zorggids