Het bedrag dat Nederlanders jaarlijks bijdragen aan de financiering van het stelsel van verzekerde zorg is tussen 2012 en 2016 met 4 procent gestegen, iets meer dan 1 procent per jaar. Omgerekend naar de kosten per premiebetaler, komt dit neer op een verhoging van 195 euro per persoon in vijf jaar tijd. Dat meldt Zorginstituut Nederland.
Van 2012 tot eind 2016 stegen de kosten voor zorg vanuit de Zorgverzekeringswet (Zvw), Wet langdurige zorg (Wlz), Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en Jeugdwet met 4 miljard van 68 miljard euro naar 72,4 miljard euro. In 2016 is per persoon gemiddeld 5.337 euro bijgedragen aan de zorgfinanciering. Dat is een verhoging van 195 euro ten opzichte van 2012.
Vanaf 18 jaar draagt iedere Nederlander bij aan de financiering van zorg in Nederland. Dit gebeurt via de maandelijkse basispremie voor de Zvw. Wie werkt draagt ook bij via de inkomensafhankelijke (werkgevers)bijdrage Zvw, de inkomensafhankelijke premie Wlz en de overige belastingen. Daarmee worden ook de Wlz, Wmo en de Jeugdwet grotendeels gefinancierd.
De kosten van de Zvw stegen tussen 2012 en 2016 het hardst, met 21 procent van 35 miljard naar 42,1 miljard euro. De belangrijkste redenen hiervoor zijn de overheveling vanuit de AWBZ van geriatrische revalidatiezorg en wijkverpleging, een toename van medisch-specialistische zorg en het gebruik van dure geneesmiddelen. De verwachting is dat de kosten van dure geneesmiddelen een nog grotere impact gaan hebben op de kosten en daarmee op de financiering van de zorg.
Door: Redactie Nationale Zorggids