De meeste Nederlanders schatten de kosten van medische ingrepen veel te laag in. Ook hebben ze geen goed beeld van de rolverdeling binnen het nieuwe zorgstelsel. Dit blijkt uit onderzoek onder ruim duizend mensen in opdracht van De Friesland Zorgverzekeraar. Dat meldt Skipr.
Acht van de tien Nederlanders schatten de kosten voor bijvoorbeeld een heupoperatie te laag in; 38 procent denkt dat dit zesduizend euro kost. Door 42 procent worden de kosten op 13.000 euro geschat, terwijl een heupoperatie in werkelijkheid ongeveer 22.000 euro kost. De behandeling van een gebroken arm wordt door 63 procent op tweeduizend euro geschat, terwijl de werkelijke kosten met 3900 euro bijna dubbel zo hoog zijn.
Het onderzoek suggereert dat consumenten minder over hebben voor medische ingrepen dan wat het daadwerkelijk kost. Gevraagd naar wat de Nederlander zelf over zou hebben voor de behandeling van een gebroken arm dan komt uit het onderzoek een gemiddeld bedrag van 192 euro naar voren. Voor een ambulancerit wil de Nederlander niet meer dan 57 euro betalen, terwijl de werkelijke kosten circa 835 euro bedragen.
Uit het onderzoek komt verder naar voren dat slechts een kleine meerderheid van de Nederlanders (54 procent) weet dat de hoogte van de premie wordt bepaald door de zorgverzekeraars, en niet door de overheid (30 procent) of door de branchevereniging (10 procent). Bijna de helft van de Nederlanders (47 procent) weet niet dat de overheid verantwoordelijk is voor de samenstelling van het basispakket; 34 procent denkt dat deze taak in handen is van de zorgverzekeraar is, 13 procent houdt de branchevereniging verantwoordelijk. Ongeveer een derde van de Nederlanders weet niet dat de hoogte van het verplichte eigen risico bepaald wordt door de overheid.
© Nationale Zorggids