‘Patiënten en zorgverleners meer samen laten optrekken’
Nederland staat internationaal in de top negen van landen die voorop lopen met Samen beslissen tussen patiënten en zorgverleners. Tegelijkertijd is de voorhoede die deze beweging trekt, nog klein. De tijd die Samen beslissen kost, vormt voor veel zorgverleners een behoorlijke drempel om structureel met Samen beslissen aan de slag te gaan. Tijdens het symposium ‘7 concrete Lessen over Samen beslissen’ van Zorginstituut Nederland deed minister Bruno Bruins voor Medische Zorg een oproep aan de aanwezigen om ‘vanuit de overtuiging dat zorg altijd beter kan, ervoor te zorgen dat patiënten en zorgverleners meer samen optrekken.’ Dit meldt Zorginstituut Nederland.
De bewindsman was één van de sprekers tijdens het drukbezochte symposium in het Koninklijk Instituut voor de Tropen in Amsterdam. Tijdens deze bijeenkomst stonden de resultaten van zeven zogeheten voorloper projecten van Samen beslissen centraal. Dit zijn de eerste projecten van de stimuleringsregeling ‘Transparantie over de Kwaliteit van Zorg’ van het ministerie van Volksgezondheid. Die ging in 2016 van start en wordt uitgevoerd door het Zorginstituut.
Met behulp van de regeling zijn inmiddels veertig voorloper projecten actief door heel Nederland. In een groeiend aantal ziekenhuizen, huisartsenpraktijken en in de ggz wordt geoefend en gewerkt met de aanpak van Samen beslissen. In het e-zine ‘Samen beslissen in beweging!’ dat tijdens het symposium door minister Bruins in ontvangst werd genomen, zijn alle lessen en concrete resultaten van de zeven projecten uit 2016 gebundeld en delen zorgprofessionals, patiënten en de projectleiders hun verhalen.
Er is een verwachtingspatroon
Volgens Sjaak Wijma, bestuursvoorzitter van het Zorginstituut is Samen beslissen gebaat bij het vertellen van verhalen en het delen van kennis. Vooroordelen zoals dat Samen beslissen teveel tijd kost, worden daardoor weggenomen. “Weet je wat nog veel meer tijd kost? Als zorgverleners achteraf zaken moeten repareren die door gedeelde besluitvorming aan de voorkant mogelijk voorkomen hadden kunnen worden. Er is nu een verwachtingspatroon ontstaan”, aldus Wijma.
Door: Redactie Nationale Zorggids