Door de vergrijzing komen er te weinig nieuwe tandartsen bij om het aantal dat de komende jaren met pensioen gaat te vervangen. Daarvoor waarschuwt ABN AMRO in een nieuw rapport over de tandheelkunde. Jaarlijks gaan 300 tandartsen met pensioen, terwijl er er ongeveer 210 instromen op de arbeidsmarkt. Binnen tien jaar gaat 40 procent van alle tandartsen in Nederland met pensioen.
Volgens de bank kan het tekort aan gekwalificeerd personeel en andere mondzorgprofessionals de groei van veel praktijken belemmeren. Daarom zijn maatregelen nodig om de mondzorg toegankelijk te houden. Sectoreconoom Thera Evers van ABN AMRO zegt dat er meer tandartsen moeten worden opgeleid. "Daar is onvoldoende aandacht voor geweest en daar heeft de beroepsorganisatie van tandartsen ook al voor gepleit."
Niet meer fulltime
Daarnaast werken jonge mensen niet meer graag fulltime en volgen veel vrouwen de opleiding tot tandarts, maar die werken over het algemeen ook niet fulltime, aldus Evers. "Je moet ook kijken naar het aantal uren dat instromers op de arbeidsmarkt beschikbaar zijn." Als er niet voldoende Nederlandse tandartsen zijn, kunnen deze uit het buitenland gehaald worden, maar daarvoor kan de verplichte taaltoets weer een belemmering zijn, denkt Evers. En er moet volgens Evers meer aandacht komen voor het verdelen van de taken in tandartspraktijken.
Daarnaast becijferde ABN AMRO dat ondanks de coronacrisis het aantal praktijken dat deel uitmaakt van een keten het afgelopen jaar is gegroeid. Eén op de tien tandartspraktijken is nu onderdeel van een keten, zegt de bank. De toename van mondzorgcentra zorgt tevens voor een prijsopdrijvend effect.
De stijging komt onder meer doordat jongere tandartsen meer in teamverband zijn gaan werken. Ook zijn er binnen een tandartspraktijk meer verschillende functies bijgekomen en bieden mondzorgcentra verschillende disciplines en specialisaties onder één dak aan. "Ketens hebben de crisis als iets tijdelijks gezien en zagen nog volop acquisitiekansen", aldus Evers.
Teams zijn meest toekomstbestendig
De bank verwacht dat de gemiddelde omvang van tandartspraktijken en het aantal klanten de komende jaren blijft groeien. Het aantal eenpitters neemt verder af. Middelgrote en grote groepspraktijken die werken in een team en met verschillende specialismen zijn volgens de bank het meest toekomstbestendig en overdraagbaar vanwege de toenemende samenwerking die in de mondzorg plaatsvindt.
Sinds vorig jaar zijn de zogenoemde 'nul-praktijken', opgericht door zzp'ers en zonder patiëntenbestand, in opkomst. Dat komt onder meer door de concurrentie van ketens, het tandartsentekort en het vertrouwen dat financiers hebben in dit soort praktijken, denkt de bank. Een praktijk opzetten biedt namelijk veel kansen, maar ook risico's, zoals het vinden van een geschikte locatie en patiënten.
Er zijn in Nederland circa 4.725 tandartspraktijken. In die centra werken ruim 9.500 tandartsen. Van de actieve beroepsgroep is bijna de helft vrouw. Landelijk zijn er gemiddeld 1.820 inwoners per tandarts. In Zeeland zijn de minste tandartsen per inwoner, in Noord-Holland de meeste.
Door: ANP