Normal_rechtszaak_hamer_rechtbank2

Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden wil van een schouwarts die meineed pleegde weten wat er precies door wie in het elektronisch patiëntendossier van een overleden vrouw is geplaatst en wat de bijgevoegde documenten inhouden. In 2016 kreeg de schouwarts al een taakstraf van 180 uur opgelegd wegens het plegen van meineed. Hij ging hiertegen in hoger beroep. Dit meldt Skipr.

Op 9 juli 2013 werd een 76-jarige vrouw dood aangetroffen in haar woning. De forensisch arts was als schouwarts ter plaatse om de doodsoorzaak vast te stellen. Hij oordeelde dat de vrouw was overleden als gevolg van een val. Later bleek dat de vrouw door een misdrijf om het leven was gekomen.

De schouwarts ging volgens het OM de fout in als hij later als getuige-deskundige op de zitting tegen de verdachte van moord wordt gehoord. De rechtbank ondervraagt de schouwarts over zijn conclusie ten aanzien van de doodsoorzaak. Deze verklaart dat hij op de bewuste dag contact heeft gehad met de huisarts van het slachtoffer Ook verklaart hij dat de huisarts tegen hem zei dat het slachtoffer de neiging tot vallen had. Uit onderzoek bleek later echter dat de schouwarts geen contact met de huisarts heeft gehad.

Omdat het gerechtshof vindt dat er nog te veel onbeantwoorde vragen zijn, heropent het de zaak. In de heropende zaak komt onder meer het elektronisch patiëntendossier (EPD) aan bod. De rechter wil weten  hoe alles hierin geregistreerd is en door wie. Ook zal in de zaak dieper worden ingegaan op de documenten in het EPD. 

Door: Redactie Nationale Zorggids