AMSTERDAM (Novum) - Veel automobilisten hebben geen idee wat ze moeten doen als ze een ambulance-, politie- of brandweerauto met zwaailicht en sirene tegenkomen op de weg. Ruim zestig procent zegt moeite te hebben om snel voorrang te verlenen. Het merendeel denkt dat de verkeersregels mogen worden overtreden om ruimte te maken.
Dat blijkt maandag uit onderzoek van het Nederlands Instituut Fysieke Veiligheid (NIFV) onder ruim 2100 weggebruikers in samenwerking met hulpdiensten, ANWB en het ministerie van Infrastructuur. Volgens het instituut is meer voorlichting nodig.
Bijna driekwart van de respondenten denkt ten onrechte dat door rood licht is toegestaan om ruimte te maken en iets meer dan de helft denkt dat het gaspedaal mag worden ingedrukt als een voorrangsvoertuig van achteren nadert en er niet direct ruimte is.
Verder stellen veel weggebruikers dat uitwijken naar de berm een goede optie is, terwijl dat op bijvoorbeeld een provinciale weg gevaarlijk is. Automobilisten weten bovendien niet dat politieauto's, ook zonder het voeren van zwaailicht en sirene, door rood mogen en harder mogen rijden dan de toegestane snelheid.
De helft van de weggebruikers heeft de afgelopen twee jaar wel eens een (bijna)ongeval gehad met een voorrangsvoertuig. Ruim evenzoveel mensen zeggen hulpdiensten wel eens te laat op te merken. Vaak gebeurt dat omdat de sirene niet hoorbaar is of de aanwezigheid van ander verkeer.
Om ongelukken en gevaarlijke situaties te voorkomen willen veel automobilisten meer voorlichting. Negen op de tien weggebruikers hebben daar behoefte aan. Veel mensen staan positief tegenover een waarschuwingssysteem in de auto.