Nog altijd geen nieuwe huisarts voor deel voormalig patiënten van Co-Med
Commerciële huisartsketen Co-Med ging een halfjaar geleden failliet en liet veel patiënten achter zonder vaste huisarts. Inmiddels hebben bijna alle patiënten weer een eigen dokter, behalve de inwoners van Twente en Bergen op Zoom die voorheen bij Co-Med zaten. Maar voor hen komt er deze lente eindelijk verlossing. Dit meldt NOS.
Door het faillissement van Co-Med verloren 50.000 patiënten een huisarts. Zorgverzekeraars wisten voor een deel al snel een oplossing te vinden, maar een groot deel zat langere tijd zonder eigen huisdokter. In augustus bood nieuwe praktijkhouder Wouter Beebaart in Breezand een oplossing voor vierduizend patiënten. In Twente zijn achtduizenden mensen door het faillissement zonder huisarts komen te zitten. Een daghuisartsenpost gaat komend voorjaar deels verlichting brengen, maar de helft van de voormalig Co-Med-patiënten zit straks nog altijd zonder.
Passantenspreekuur
Voor nog geen honderd van de 4.800 Co-Med-patiënten in Bergen op Zoom is een nieuwe huisarts beschikbaar, de rest moet wachten tot het voorjaar. Dan opent een nieuwe huisartsenpraktijk met twee dokters de deuren. Wel moeten patiënten hier rekening houden met deels digitale zorg. Tot de praktijk in de lente opent moeten patiënten het doen met een passantenspreekuur. Dat is een inloopspreekuur voor mensen zonder vaste huisarts.
Te lang doorgelopen met klachten
Helaas zijn er in Bergen op Zoom patiënten geweest die door het verdwijnen van Co-Med te lang met hun klachten doorliepen. Zo had iemand langdurig een blaasontsteking, kreeg een andere patiënt pas op een veel later moment een mammografie-uitslag en kon een persoon met een euthanasiewens geen gesprek aangaan met een huisarts.
Het huisartsentekort is een landelijk probleem, benadrukt de Landelijke Huisartsen Vereniging. “We moten zorgen voor het opleiden van voldoende huisartsen. Verder moet er een toekomstgerichte vergoeding komen om een praktijk te openen”, zegt voorzitter Marjolein Tasche. Ze pleit er ook voor dat het praktijkhouderschap aantrekkelijker moet worden door het verlagen van de administratieve lasten.