Iedereen in Nederland heeft recht op een reageerbuisbevruchting (ivf). Maar de praktijk is anders. De wet die ivf regelt, is ingewikkeld en discrimineert lesbische paren. De belangenvereniging voor homo’s, het COC en de Commissie Gelijke Behandeling willen dat de wet verandert.
Het Leids Universitair Medisch Centrum weigerde vorige maand een reageerbuisbevruchting aan een lesbisch echtpaar uit Voorschoten. Senaida (28 jaar) en Alida (23) kregen te horen dat alleen heteroparen ivf krijgen en zij niet, omdat ze lesbisch zijn. Als een van hen met de zaaddonor naar het ziekenhuis was gekomen en ze hadden zich als heterostel voorgedaan dan was er niets aan de hand geweest, zei de arts nog.
Spermabank
De Wet Veiligheid en Kwaliteit Lichaamsmateriaal uit 2003 onderscheidt reageerbuisbevruchting met sperma van een echtgenoot of partner en met sperma van een 'bekende donor', bijvoorbeeld een goede vriend. Bij heterostellen hoeft het zaad van echtgenoot of partner niet naar een spermabank om te worden getest op ziektes. Bij lesbische stellen komt het zaad per definitie van een derde persoon en dan is volgens de wet wel een test nodig. Dit geldt ook bij alleenstaande vrouwen en heterostellen waarvan de man onvruchtbaar is.
In het ziekenhuis in Leiden is geen spermabank gevestigd, dus kregen de vrouwen nul op het rekest. Het ziekenhuis kan samenwerking zoeken met een spermabank maar dat is in Leiden nog niet geregeld. Veel andere ziekenhuizen werken wel samen of hebben eigen onderzoeksfaciliteiten.
Discriminatie
Senaida en Alida stapten naar de Commissie Gelijke Behandeling en dienden een klacht in. Barbara Bos, juridisch medewerker van de commissie, wil op deze zaak nog niet op ingaan. Wel komt een toelichting op een aanklacht van een lesbisch stel uit 2009, overigens ook tegen het ziekenhuis in Leiden. De commissie oordeelde toen dat het ziekenhuis moeilijk kwalijk viel te nemen dat het zich aan de wettelijke ivf-regels houdt. Alleen pakken die onbedoeld ongunstig uit voor lesbische paren.
Bos: 'In die eerdere zaak die bij ons werd neergelegd, hebben wij geconstateerd dat de wettelijke voorschriften ertoe leiden dat het lesbische stellen moeilijker wordt gemaakt om een ivf-behandeling te ondergaan. Wij denken dat bij het tot stand komen van die voorschriften niet goed is nagedacht over de praktische consequenties.'
COC
Philip Tijsma van de belangenvereniging van homoseksuele vrouwen en mannen vindt het terecht dat de vrouwen naar de Commissie Gelijke Behandeling zijn gestapt. 'De arts zei immers expliciet dat hij hen niet behandelde 'omdat jullie lesbisch zijn'.' Tijsma vindt ook dat het Leidse ziekenhuis meer vaart mag zetten achter samenwerking met een spermabank.
Maar grote boosdoener in zijn ogen is de wet, die discriminatie in de hand werkt. 'Die maakt het voor lesbische paren lastiger om een ivf-behandeling te krijgen door de eis dat het donorzaad wordt getest. Dat onderscheid moet verdwijnen: afschaffen die test.'
Het onderscheid is bovendien onnodig, betoogt Tijsma. 'Een reageerbuisbevruchting is het sluitstuk van een lang traject. Er is eigenlijk altijd een vertrouwensband met de donor, waardoor een test niet echt nodig is. Als er iets mis is met het zaad, komt dat toch wel aan het licht.' Bovendien kan de man van een heterostel vreemdgaan en besmet raken met geslachtsziekten. Dus het uitgangspunt dat zijn zaad nooit hoeft te worden getest, klopt niet, vindt Philip Tijsma.
De Commissie Gelijke Behandeling en de homobelangenvereniging willen dat minister Edith Schippers van Volksgezondheid het onderscheid schrapt. De Tweede Kamer heeft vragen gesteld. Schippers heeft nog niet gereageerd.
Wachtlijsten
Senaida en Alida denken intussen na over hoe zij in een ander ziekenhuis wel een reageerbuisbevruchting kunnen krijgen. Dat zal hoe dan ook niet meevallen: de wachtlijsten zijn lang. Er zijn minder donors sinds die niet meer anoniem mogen blijven