Ziekenhuis Isala in Zwolle roept oud-patiënten van gynaecoloog Jan Wildschut op zich te melden. Als arts van het vroegere Sophia Ziekenhuis, de voorganger van Isala, verwekte de dokter eind vorige eeuw minstens 47 kinderen met zijn eigen sperma in plaats van dat van donoren. Dat werd eerder geconcludeerd in een rapport van een speciale onderzoekscommissie. Mede omdat "de dossiervorming destijds beperkt" was, gaat het ziekenhuis op deze manier op zoek naar betrokkenen.
Wildschut, die in 2009 overleed, werkte van 1981 tot en met 1993 voor het Zwolse ziekenhuis. Hij voerde er vruchtbaarheidsbehandelingen uit. Dit waren zowel KID-behandelingen (Kunstmatige Inseminatie met Donorsperma) als KIE-behandelingen (Kunstmatige Inseminatie met Eigen sperma van de partner) voor stellen die moeite hadden om een kind te krijgen.
Het ziekenhuis plaatst nu een oproep op de eigen site, in een krant in de eigen regio, de Stentor, en in Trouw en het Reformatorisch Dagblad. Het hospitaal heeft deze kranten gekozen vanwege de vaak christelijke signatuur van hun lezers. Voor een aantal van de ouders in kwestie zou het nog lastig kunnen zijn om uit te komen voor de behandelingen van destijds en de gevolgen, vreest het ziekenhuis. Dat wil het taboe op de kwestie sowieso verzachten, zegt het. Er volgen ook nog enkele huis-aan-huisbladen, aldus een woordvoerster.
Extra oproep
"Het Isala-ziekenhuis realiseert zich dat de uitkomsten van dit rapport vragen en emoties omtrent afstamming kunnen oproepen bij u als ouder(s), maar ook bij uw kind(eren). Om u zo goed mogelijk te kunnen informeren en te begeleiden, wil het Isala-ziekenhuis graag met u in contact komen", zegt het ziekenhuis in de annonces. De mensen die het aangaat zijn vrij om erop in te gaan, benadrukt het ziekenhuis.
Het is een extra oproep, aldus het hospitaal, waarmee we "gehoor geven aan de wens van de zogeheten groep Wildschut. Deze groep bestaat uit zowel KID- als KIE-kinderen als betrokken ouders." Met het plaatsen van de oproep komt Isala ook tegemoet aan een van de aanbevelingen uit het rapport.
Door: ANP