GRONINGEN (Novum) - Bouwbedrijven en aannemers sturen hun bouwvakkers ondanks de kou de steigers op. Bouwvakkers durven niet te weigeren uit angst hun baan te verliezen in crisistijd. Een woordvoerder van FNV Bouw bevestigt berichtgeving daarover in het AD vrijdag. Volgens de krant regent het de laatste dagen anonieme tips bij vakbonden FNV Bouw en CNV Vakmensen.
Bij een gevoelstemperatuur van -6 graden of meer mogen bouwvakkers stoppen met werken. Een werkgever mag hen wel ergens anders laten werken, zolang het in een soortgelijke functie is en bouwgerelateerd. Dit zogeheten vorstverlet is vastgelegd in de cao.
"Veel bouwvakkers die wij spreken op de bouwplaatsen denken dat het nog wel even kan. Maar de gevaren om door te werken zijn te groot", laat de zegsvrouw van FNV Bouw weten. "Daarnaast krijgen wij signalen dat bouwvakkers bang zijn voor ontslag. De banen liggen tenslotte niet voor het oprapen."
"Veel mensen zijn zich onvoldoende bewust van de gevaren van het doorwerken", stelt Gijs Lokhorst van CNV Vakmensen in het AD. "Dit kan leiden tot ernstige onderkoeling, bevroren vingers en ongelukken." In sommige gevallen leidt het volgens Lokhorst zelfs tot arbeidsongeschiktheid.
FNV Bouw vindt het de verantwoordelijkheid van werkgevers om hun personeel te beschermen. "Bouwvakkers kunnen tegen de kou worden afgeschermd met zeilen of er kunnen hittekanonnen worden ingezet. Dat gebeurt nu wel, maar lang niet overal", licht de woordvoerder toe.
Bouwend Nederland, de grootste ondernemersorganisatie in de bouw, laat in een reactie in het AD weten dat de regels rondom vorstverlet goed zijn geregeld in de cao. Ook wordt volgens een woordvoerder veel toezicht gehouden op werkplaatsen en kan worden ingegrepen als personeel gedwongen wordt aan het werk te gaan.