Het Koninklijk Nederlands Genootschap Fysiotherapie (KNGF) heeft onderzoek gedaan naar de contracteergraad van fysiotherapiepraktijken. Waar in 2018 nog vier op de vijf fysiotherapeuten een contract had met alle zorgverzekeraars, is dat aantal in 2019 gedaald naar drie op de vijf; ofwel 60 procent. Dit meldt KNGF.
Het percentage fysiotherapiepraktijken dat ervoor heeft gekozen om niet met alle zorgverzekeraars een contract aan te gaan is enorm gestegen, van 14 procent in 2018 naar 34 procent in 2019. Het percentage praktijken dat helemaal geen contracten met zorgverzekeraars meer tekent is van 6 procent in 2018 gestegen naar 7 procent in 2019.
Steeds minder fysiotherapeuten zijn bereid om te tekenen
Uit het KNGF-onderzoek blijkt dat steeds minder fysiotherapeuten bereid zijn om alle contracten van zorgverzekeraars te tekenen. Fysiotherapeuten geven aan dat dit wordt veroorzaakt door de eisen en regels die in veel contracten zijn opgenomen, waardoor zij ervaren dat niet zijzelf, maar zorgverzekeraars bepalen hoe zij moeten werken. Daarbij spelen ook de te lage tarieven een rol. De vergoeding voor fysiotherapeutische zorg die zorgverzekeraars in hun contracten bieden, zijn al jarenlang niet verhoogd. Verschillende rapporten en berekeningen tonen aan dat deze tarieven ongeveer 38 procent onder de kostprijs voor zo’n behandeling liggen.
Gesprek over tarieven
Het KNGF heeft daarom ook in de Bestuurlijke Afspraken tussen overheid, zorgverzekeraars en paramedische zorgorganisaties, een kostprijsonderzoek in de fysiotherapie afgesproken. Daarnaast is afgesproken dat zorgverzekeraars vóór de contractering in 2020 serieus met het KNGF over de tarieven in gesprek zullen gaan.
Kleine praktijken
Uit het KNGF-onderzoek is verder gebleken dat met name kleine (eenmans)praktijken de strijd voor rechtvaardige contracten en tarieven heeft opgegeven en dus (gedeeltelijk) zonder contract werkt. Hun aantal stijgt het snelst. Patiënten van deze praktijken ondervinden daar nadeel van, omdat zij zelf de rekening moeten betalen en hem vervolgens moeten declareren bij hun zorgverzekeraars, die daarvan slechts een deel vergoedt. "Een nadeel overigens, dat patiënten er niet van weerhoudt om bij hun ‘contractloze’ praktijk te blijven."
Voor de meeste praktijkhouders blijkt de angst voor verlies van omzet de belangrijkste reden te zijn om wel (deels) met contracten te werken. Praktijken die een klacht indienen over een contract vinden de afhandeling daarvan door zorgverzekeraars ondermaats.
Door: Nationale Zorggids