(Novum) - Het twee jaar durende onderzoek naar de ondergang van zorginstelling Meavita slaat de plank op meerdere punten mis. Dat beweert de oud-toezichthouder bij het concern Loek Hermans in zijn verweerschrift, zo meldt Nieuwsuur dinsdag. Volgens Hermans was er geen sprake van wanbeleid bij Meavita en is de kritiek op zijn persoon onterecht.
De VVD-senator meent dat er veel te gemakkelijk over zijn rol en die van de andere oud-commissarissen is geoordeeld. Ook vindt hij dat het rapport - dat in opdracht van de Ondernemingskamer werd opgesteld - hem tot een 'mikpunt voor onvrede' hebben gemaakt, zo staat in het door zijn advocaat opgestelde verweerschrift.
Hermans wijst erop dat de ideeën over toezicht flink zijn veranderd, sinds hij als voorzitter van de raad van commissarissen bij Meavita begon. Hij meent daarom dat het te gemakkelijk is om zijn functioneren langs de meetlat van 'huidige inzichten' voor toezicht te leggen.
De voormalig president-commissaris van Meavita kreeg er in augustus vorig jaar flink van langs in het onderzoek naar het faillissement van de zorginstelling. De bestuurders in het bedrijf waren niet in staat om de forse financiële problemen bij het bedrijf het hoofd te bieden. De toezichthouders waren op hun beurt te laat met ingrijpen.
Meavita ontstond in 2007 uit een fusie van de vier grootste thuiszorgbedrijven, die op dat moment financieel gezond waren. Met twintigduizend werknemers was het de grootste thuiszorgonderneming in Nederland. Twee jaar later ging Meavita failliet, met duizend ontslagen tot gevolg.
Het onderzoek naar Meavita werd bijna drie jaar geleden ingesteld, nadat vakbond Abvakabo FNV een procedure aanspande bij de Ondernemingskamer. De bond wil de bestuurders financieel aansprakelijk stellen voor het bankroet en de daaruit volgende schade. Die zaak dient woensdag en donderdag.