Dag van terugplaatsing heeft geen invloed op succespercentage ivf-traject

Ziekenhuizen en ivf-klinieken plaatsen embryo’s normaal drie dagen na de bevruchting terug in de baarmoeder, maar dankzij verbeterde labtechnieken kan dit nu ook na vijf dagen. Aangenomen werd dat terugplaatsing op de vijfde dag de kans op een succesvolle zwangerschap vergroot, maar de dag van terugplaatsing blijkt geen invloed te hebben op het succespercentage van het ivf-traject. Dit meldt het Radboudumc.

Bij in vitro fertilisatie (ivf) worden eicellen buiten het lichaam bevrucht en daarna op kweek gelegd in het laboratorium. Een paar dagen later worden één of meerdere embryo’s teruggeplaatst in de baarmoeder. De rest wordt in een vriezer bewaard. De laboratoriumfase duurt normaal drie dagen, maar verbeterde labtechnieken maken terugplaatsing na vijf dagen ook mogelijk, met de gedachte dat alleen levensvatbare embryo’s overblijven voor een grotere kans op een succesvolle zwangerschap.

Terugplaatsingen van ingevoren embryo's

Eerder onderzoek toonde aan dat een eerste terugplaatsing succesvoller is op dag vijf, maar volgens wetenschappers van het Radboudumc en Amsterdam UMC is bij deze studies niet gekeken naar de resultaten van het hele ivf-traject, inclusief mogelijke latere terugplaatsingen van ingevroren embryo’s. Nu is dat wel gedaan en wat blijkt: de uitkomst van een succesvolle zwangerschap van het hele ivf-traject is op dag drie en op dag vijf gelijk met zo’n 60 procent.

Succesvolle zwangerschap

“Uiteindelijk gaat het bij ivf om een succesvolle zwangerschap, niet alleen om de kans daarop na de eerste terugplaatsing. In het buitenland, waar ivf-zorg niet verzekerd is, maken klinieken vaak reclame met hun succespercentage van de eerste terugplaatsing op dag vijf. Daarmee geven ze een onvolledige voorstelling van zaken. Onze studie toont aan dat vrouwen een keuze zouden moeten hebben op het moment van terugplaatsing”, aldus onderzoeker Simone Cornelisse.

Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky