Demissionair staatssecretaris Van Rijn vindt niet dat het als een verrassing mag komen dat er 2,1 miljard euro naar de verpleeghuizen gaat. Volgens hem is dit een gezamenlijk resultaat van de politiek. De hoeveelheid debatten over de kwaliteit van zorg en de consensus over de verbetering daarvan leiden natuurlijk tot hogere zorgkosten, aldus Van Rijn. Dat meldt NOS.
Veel Kamerleden vinden dat de staatssecretaris hen bewust buiten spel heeft gezet. Hoewel de Tweede Kamer toestemming heeft gegeven voor extra geld voor de verpleeghuiszorg, kon het de gevolgen ervan niet goed over zien.
Van Rijn liet het Zorginstituut Nederland nieuwe kwaliteitseisen opstellen voor de verpleeghuiszorg terwijl hij wist dat de normen die het Zorginstituut opstelt, uitgevoerd moeten worden. Dat betekent meteen dat er een financiële verplichting aan vastkleeft. Partijen vrezen dat het aanzienlijke prijskaartje de betaalbaarheid van de verpleeghuiszorg onder druk zet. De ouderenzorg in Nederland is al duur, maar door de extra investering wordt het 20 procent duurder.
Diverse politici vinden dat het Zorginstituut niet mag bepalen hoeveel geld een bepaalde sector krijgt. Dat is aan de politiek, vinden zij. Volgens Van Rijn was het nodig om het Zorginstituut bij de beslissing te betrekken omdat daar de juiste mensen zitten. “Deze professionals zijn ervoor opgeleid om te bepalen wat goede zorg is. De politiek kan niet bedenken hoe een oogoperatie moet worden uitgevoerd. En dit is vervolgens de soms die gemaakt is”, aldus Van Rijn.
Door: Redactie Nationale Zorggids