Onderzoekers van het Maastricht UMC+ en het MERLN Instituut hebben ontdekt dat eeneiige tweelingen ontstaan als een embryo heel vroeg in de conceptie versneld groeit en uit elkaar getrokken wordt. Deze ontdekking konden ze doen door een synthetische embroystructuur buiten de baarmoeder te kweken. Dit meldt NOS.
De blastocyste is een soort ballon die zich ontpopt als placenta. Daar vindt de versnelde groei van de embryo plaats. Een ballonnetje dat te snel groeit zorgt ervoor dat het klompje cellen (later de embryo) uit elkaar wordt getrokken. In de meeste gevallen komt daar dan een eeneiige tweeling uit voort en in zeer zeldzame gevallen zelfs een drie- of vierling, vermoeden de wetenschappers uit Maastricht.
Indirect bewijs
Overigens is deze ontdekking geen garantie dat dit ook met natuurlijke bevruchting in een echte baarmoeder gebeurt, want dat is niet te bestuderen. Wel is dit indirect bewijs. “Wat we zien is volstrekt logisch, het is een eenvoudige verklaring”, aldus hoofdonderzoeker Clemens van Blitterswijk.
Miskramen en vruchtbaarheid
Embryoloog Sebastiaan Mastenbroek van het Amsterdam UMC was niet betrokken bij het onderzoek, maar noemt de ontwikkeling van synthetische embryo’s dé innovatie in de voortplantingswetenschappen. Hij denkt ook dat als het proces straks echt goed begrepen wordt, het aantal eeneiige tweelingen dat na ivf geboren wordt kan worden teruggedrongen. Volgens onderzoekers van het Maastricht UMC+ is deze nieuwe kennis vooral belangrijk voor miskramen en vruchtbaarheid. Zo is er bij de vroege innesteling bij tweelingenzwangerschappen vaker sprake van complicaties. Deze kunnen in de toekomst misschien behandeld of zelfs voorkomen worden.
Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky