Het College voor de Rechten van de Mens heeft het Radboudumc in Nijmegen op de vingers getikt toen het ziekenhuis geen medewerking verleende voor het invriezen van zaad van een transgender patiënt. Volgens het college is de patiënt gediscrimineerd op basis van geslacht, iets wat bij wet verboden is. Het Radboudumc gaf verschillende redenen waarom niet meegewerkt kon worden aan het verzoek van de patiënt. Dit meldt Algemeen Dagblad.
De transgender patiënt wilde zaad laten invriezen omdat ze tijdens haar overgang van man tot vrouw onvruchtbaar zou worden door de behandeling met hormonen. Echter werd haar afspraak op de dag zelf afgezegd en kreeg de ze te horen dat het invriezen niet mogelijk was. Volgens het ziekenhuis was niet duidelijk of het invriezen wel een doel had en of de patiënt er ook daadwerkelijk een kind mee wilde verwekken. Ook zou het Radboudumc kampen met een capaciteitsprobleem, waardoor het niet mogelijk was om het zaad van deze patiënt in te vriezen.
Volgens het College voor de Rechten van de Mens heeft het ziekenhuis niet juist gehandeld. De vrouw werd niet geholpen bij haar wens om zaad in te laten vriezen voordat ze zou starten met het slikken van hormonen. Het ziekenhuis vriest wel vaker zaad in wanneer vruchtbaarheidsproblemen in het verschiet liggen, bijvoorbeeld bij kankerpatiënten die bestraald worden. Het Radboudumc heeft advies ingewonnen bij een hoogleraar medische ethiek over de kwestie. Deze schrijft: “Onduidelijk is of er een schade wordt toegebracht aan het kind wanneer het moet antwoorden op de vraag 'wie is je vader' en dat moeder eigenlijk ook vader is.”
De vrouw heeft met hulp van Ieder1Gelijk een zaak aangespannen tegen het ziekenhuis in Nijmegen. Volgens het Radboudumc zijn dit jaar vergelijkbare verzoeken wel ingewilligd, omdat de capaciteit inmiddels is uitgebreid.
Door: Redactie Nationale Zorggids
